Uitspraak
1.Procesverloop in cassatie
2.Beoordeling van het cassatiemiddel
3.Beslissing
14 februari 2023.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 14 februari 2023 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De verdachte was beschuldigd van het rijden onder invloed van cannabis, waarbij het bloedonderzoek een cruciale rol speelde. Het hof had vastgesteld dat de termijn van een week, zoals voorgeschreven in artikel 17 van het Besluit alcohol, drugs en geneesmiddelen in het verkeer, was overschreden. De uitslag van het bloedonderzoek was pas op 12 maart 2019 aan de verdachte medegedeeld, terwijl het rapport al op 26 februari 2019 was opgemaakt. De vraag die centraal stond was of deze termijnoverschrijding betekende dat de strikte waarborg, bedoeld om de betrouwbaarheid van het onderzoek te waarborgen, niet was nageleefd.
De Hoge Raad oordeelde dat de overschrijding van de termijn niet automatisch leidt tot de conclusie dat de strikte waarborg niet is nageleefd. Het hof had overwogen dat de verzenddatum van de uitslag niet afdoet aan de onderzoeksresultaten zelf. De Hoge Raad bevestigde dat de voorschriften van artikel 17 van het Besluit niet bedoeld zijn om de juistheid van het onderzoek te waarborgen, maar eerder om de verdachte tijdig op de hoogte te stellen van de resultaten en zijn recht op tegenonderzoek. De Hoge Raad concludeerde dat er geen onjuiste rechtsopvatting was en dat de overschrijding van de termijn niet leidde tot een aantasting van de betrouwbaarheid van het onderzoek.
Uiteindelijk verwerpt de Hoge Raad het beroep van de verdachte, waarmee de uitspraak van het hof in stand blijft. Dit arrest benadrukt het belang van de strikte waarborgen in het strafrecht, maar ook de noodzaak om deze in de context van de zaak te beoordelen.