ECLI:NL:HR:2023:1430
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Cassatie over naheffing parkeerbelasting en evenredigheidsbeginsel
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 13 oktober 2023 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure over naheffingsaanslagen in de parkeerbelasting van de gemeente Delft. De belanghebbende, vertegenwoordigd door N.G.A. Voorbach, had beroep in cassatie ingesteld tegen de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 14 juli 2022. De zaak betreft twee naheffingsaanslagen die aan de belanghebbende waren opgelegd omdat hij zonder parkeervergunning had geparkeerd en geen parkeerbelasting had betaald. De naheffingsaanslagen bedroegen elk € 91, bestaande uit € 30 aan parkeerbelasting en € 61 aan kosten van de naheffingsaanslag.
Het Gerechtshof had geoordeeld dat de naheffingsaanslagen terecht waren opgelegd en dat het tarief van € 30 per dag niet in strijd was met de Gemeentewet of het evenredigheidsbeginsel. De Hoge Raad heeft de oordelen van het Hof bevestigd en geoordeeld dat de gemeentelijke wetgever een ruime beoordelingsvrijheid heeft bij het vaststellen van tarieven voor parkeerbelasting. De Hoge Raad concludeerde dat het tarief van € 30 niet disproportioneel is en dat de klachten van de belanghebbende niet konden leiden tot vernietiging van de uitspraak van het Hof.
De Hoge Raad verklaarde het beroep in cassatie ongegrond en zag geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten. Dit arrest is gewezen door de vice-president en vier raadsheren, en werd openbaar uitgesproken op 13 oktober 2023.