ECLI:NL:HR:2023:14

Hoge Raad

Datum uitspraak
10 januari 2023
Publicatiedatum
9 januari 2023
Zaaknummer
22/03569
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Uitlevering van Oekraïense persoon aan de Verenigde Staten wegens deelname aan criminele organisatie en computervredebreuk

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 10 januari 2023 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een beslissing van de rechtbank Amsterdam van 14 september 2022. Het beroep in cassatie is ingesteld door de opgeëiste persoon, een Oekraïense nationaliteit, die wordt verdacht van deelname aan een criminele organisatie, computervredebreuk, het wederrechtelijk overnemen van gegevens, witwassen en diefstal door middel van valse sleutels. De Verenigde Staten hebben een uitleveringsverzoek ingediend, waarbij de Hoge Raad moest beoordelen of er voldoende bewijs en een adequate uiteenzetting van de feiten was bijgevoegd, evenals de relevante wetsbepalingen die rechtsmacht toekennen voor feiten gepleegd buiten het grondgebied van de VS.

De Hoge Raad heeft de cassatiemiddelen beoordeeld en geconcludeerd dat de klachten over de uitspraak van de rechtbank niet kunnen leiden tot vernietiging van die uitspraak. De Hoge Raad heeft geen verdere motivering gegeven, aangezien de vragen die aan de orde zijn niet van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht. De beslissing van de Hoge Raad is dat het beroep wordt verworpen, waarmee de uitlevering van de opgeëiste persoon aan de Verenigde Staten kan doorgaan.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer22/03569 U
Datum10 januari 2023
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 14 september 2022, nummer [001] , op verzoek van de Verenigde Staten van Amerika tot uitlevering
van
[opgeëiste persoon] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1996,
hierna: de opgeëiste persoon.

1.Procesverloop in cassatie

Het beroep is ingesteld door de opgeëiste persoon. Namens deze heeft N. van Schaik, advocaat te Utrecht, bij schriftuur cassatiemiddelen voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De advocaat-generaal D.J.M.W. Paridaens heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De raadsman van de opgeëiste persoon heeft daarop schriftelijk gereageerd.

2.Beoordeling van de cassatiemiddelen

De Hoge Raad heeft de klachten over de uitspraak van de rechtbank beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van die uitspraak. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president J. de Hullu als voorzitter, en de raadsheren M.J. Borgers en T. Kooijmans, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
10 januari 2023.