Uitspraak
1.Procesverloop in cassatie
2.Beoordeling van de ontvankelijkheid van het cassatieberoep
3.Beslissing
19 september 2023.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 19 september 2023 uitspraak gedaan in een cassatieberoep tegen een vonnis van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba. De zaak betreft een verdachte die is veroordeeld voor medeplegen van gewapende autokaping en het voorhanden hebben van vuurwapens in Curaçao. Het hof had het vonnis bij verstek gewezen, omdat de verdachte niet was verschenen op de terechtzitting in hoger beroep van 1 juli 2021. De Hoge Raad heeft vastgesteld dat het ontbreken van een proces-verbaal van deze zitting betekent dat het vonnis bij verstek is gewezen, wat volgens de Rijkswet rechtsmacht Hoge Raad voor Aruba, Curaçao, Sint Maarten en voor Bonaire, Sint Eustatius en Saba, betekent dat er geen cassatieberoep openstaat voor de verdachte. De advocaat-generaal had geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak en terugwijzing van de zaak, maar de Hoge Raad heeft geoordeeld dat het cassatieberoep niet-ontvankelijk is, omdat de verdachte niet op de zitting was verschenen en er geen mogelijkheid was voor cassatie tegen een verstekvonnis. De Hoge Raad heeft de zaak dus niet in behandeling genomen en het beroep verworpen.