ECLI:NL:HR:2022:1640
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Ontvankelijkheid van het beroep in cassatie inzake griffierecht
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 11 november 2022 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van [X] B.V. tegen de Staatssecretaris van Financiën. De zaak betreft de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie, waarbij de Hoge Raad heeft vastgesteld dat het griffierecht niet binnen de gestelde termijn was voldaan. De griffier had belanghebbende op 20 juli 2022 gewezen op de verschuldigdheid van het griffierecht en een termijn van vier weken gesteld voor betaling. Ondanks dat de brief op het juiste adres was afgeleverd, is het griffierecht niet betaald. Op 23 augustus 2022 heeft de griffier belanghebbende in de gelegenheid gesteld om te verklaren waarom het griffierecht niet tijdig was voldaan, maar belanghebbende heeft hier geen gebruik van gemaakt. Hierdoor heeft de Hoge Raad het beroep in cassatie op grond van artikel 8:41, lid 6, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) niet-ontvankelijk verklaard. De Hoge Raad heeft geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten. Het door belanghebbende betaalde griffierecht van € 541 wordt teruggegeven door de griffier van de Hoge Raad.