Uitspraak
wonende te [woonplaats],
gevestigd te [vestigingsplaats].
1.Procesverloop
2.Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep
3.Beslissing
21 oktober 2022.
Hoge Raad
In deze zaak heeft verzoekster, wonende te [woonplaats], cassatie ingesteld tegen een beschikking van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 18 januari 2022. De Hoge Raad verwijst naar eerdere beschikkingen van de kantonrechter te Zutphen en het gerechtshof. De Advocaat-Generaal E.B. Rank-Berenschot heeft geconcludeerd tot niet-ontvankelijkheid van verzoekster in haar cassatieberoep. De Hoge Raad oordeelt dat het cassatieberoep niet op de voorgeschreven wijze is ingesteld, aangezien de procesinleiding niet langs elektronische weg is ingediend en niet is ondertekend door een advocaat bij de Hoge Raad. Verzoekster had de mogelijkheid om deze verzuimen binnen twee weken te herstellen, maar heeft hiervan geen gebruik gemaakt. De Hoge Raad verklaart verzoekster derhalve niet-ontvankelijk in haar beroep. Deze beschikking is gegeven op 21 oktober 2022 en openbaar uitgesproken door raadsheer F.J.P. Lock.