ECLI:NL:HR:2021:247
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen uitspraak Gerechtshof Amsterdam inzake naheffingsaanslag loonheffingen 2011
In deze zaak heeft [X] B.V. beroep in cassatie ingesteld tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 30 januari 2020, waarin het hoger beroep van de Inspecteur tegen een uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland werd behandeld. De Rechtbank had eerder een naheffingsaanslag in de loonheffingen over het jaar 2011 opgelegd aan belanghebbende, alsook een beschikking inzake belastingrente. De Hoge Raad heeft de klachten van belanghebbende over de uitspraak van het Hof beoordeeld. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten niet konden leiden tot vernietiging van de uitspraak van het Hof. Dit oordeel werd niet verder gemotiveerd, aangezien het niet nodig was om vragen te beantwoorden die van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals vermeld in artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie. De Hoge Raad heeft ook geen aanleiding gezien om een veroordeling in de proceskosten uit te spreken. Uiteindelijk verklaarde de Hoge Raad het beroep in cassatie ongegrond.