ECLI:NL:HR:2021:1269

Hoge Raad

Datum uitspraak
17 september 2021
Publicatiedatum
16 september 2021
Zaaknummer
21/01475
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toelating na aanvraag faillissement en ontvankelijkheid van het verzoek

In deze zaak heeft verzoeker, wonende te [woonplaats], cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch. De Hoge Raad verwijst naar eerdere uitspraken, waaronder een vonnis van de rechtbank Oost-Brabant en een arrest van het hof. De advocaat-generaal R.H. de Bock heeft geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep, waarop de advocaat van verzoeker schriftelijk heeft gereageerd. De Hoge Raad heeft de klachten over het arrest van het hof beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet kunnen leiden tot vernietiging van het arrest. De Hoge Raad heeft geen verdere motivering gegeven, aangezien de vragen die aan de orde zijn niet van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals bedoeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie. Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen op 17 september 2021.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer21/01475
Datum17 september 2021
ARREST
In de zaak van
[verzoeker],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKER tot cassatie,
hierna: [verzoeker],
advocaat: J. van Weerden.
1.
Procesverloop
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:
het vonnis in de zaak C/01/364499 / FT RK 20/640 van de rechtbank Oost-Brabant van 10 december 2020;
het arrest in de zaak 200.287.420/01 van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 25 maart 2021.
[verzoeker] heeft tegen het arrest beroep in cassatie ingesteld.
De procesinleiding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De conclusie van de Advocaat-Generaal R.H. de Bock strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van [verzoeker] heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.

2.Beoordeling van het middel

De Hoge Raad heeft de klachten over het arrest van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van dat arrest. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren C.E. du Perron, als voorzitter, M.J. Kroeze en C.H. Sieburgh, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer H.M. Wattendorff op
17 september 2021.