ECLI:NL:HR:2020:473

Hoge Raad

Datum uitspraak
20 maart 2020
Publicatiedatum
19 maart 2020
Zaaknummer
19/01273
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over onrechtmatige daad en bevoegdheid Nederlandse rechter in internationale context

In deze zaak hebben eisers, wonende in Spanje, cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof Amsterdam. De Hoge Raad heeft de klachten van eisers over het arrest beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet kunnen leiden tot vernietiging van het arrest. De Hoge Raad heeft geen verdere motivering gegeven, aangezien de vragen die aan de orde zijn niet van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals bedoeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie. De eisers hebben schade geleden in Nederland, wat de bevoegdheid van de Nederlandse rechter bevestigt. De conclusie van de Advocaat-Generaal strekte tot verwerping van het cassatieberoep, en de advocaat van eisers heeft hier schriftelijk op gereageerd. Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen en de eisers in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, begroot op nihil aan de zijde van de verweerder, die niet verschenen was.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer19/01273
Datum20 maart 2020
ARREST
In de zaak van
1. [eiser 1],
2. [eiseres 2],
beiden wonende te [woonplaats], Spanje,
EISERS tot cassatie,
hierna gezamenlijk: [eisers],
advocaat: K. Aantjes,
tegen
[verweerder],
wonende te [woonplaats],
VERWEERDER in cassatie,
hierna: [verweerder],
niet verschenen.
1. Procesverloop
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:
de vonnissen in de zaak C/13/615520 / HA ZA 16-964 van de rechtbank Amsterdam van 8 februari 2017 en 11 oktober 2017;
het arrest in de zaak 200.229.667/01 van het gerechtshof Amsterdam van 11 december 2018.
[eisers] hebben tegen het arrest van het hof beroep in cassatie ingesteld.
Tegen [verweerder] is verstek verleend.
De conclusie van de Advocaat-Generaal M.L.C.C. Lückers strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van [eisers] heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.

2.Beoordeling van het middel

De Hoge Raad heeft de klachten over het arrest van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van dat arrest. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3.Beslissing

De Hoge Raad:
  • verwerpt het beroep;
  • veroordeelt [eisers] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verweerder] begroot op nihil.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, C.H. Sieburgh en F.J.P. Lock, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer C.E. du Perron op
20 maart 2020.