In deze zaak heeft de Vereniging Onderwijshuisvesting Voortgezet Onderwijs Breda en Omstreken in Coöperatief Verband met Uitsluiting van Aansprakelijkheid (hierna: VO) cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch. De zaak betreft een geschil over contractsoverneming en onrechtmatige daad, waarbij VO in cassatie is gegaan tegen de beslissing van het hof. De Hoge Raad heeft de klachten van VO beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet kunnen leiden tot vernietiging van het arrest van het hof. De Hoge Raad heeft daarbij geen verdere motivering hoeven geven, aangezien de vragen die aan de orde zijn niet van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals bedoeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie.
De Hoge Raad heeft in zijn beslissing VO veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 407,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris, vermeerderd met wettelijke rente indien VO deze kosten niet binnen veertien dagen na de uitspraak voldoet. De uitspraak is gedaan op 17 juli 2020 door de Hoge Raad der Nederlanden, Civiele Kamer, en is openbaar uitgesproken door raadsheer M.V. Polak.