In deze zaak heeft de Hoge Raad op 7 juni 2019 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die voortvloeide uit een faillissement in Curaçao. De zaak betreft de bevoegdheid van curatoren ten aanzien van een Stichting particulier fonds (SPF) en de toepassing van het recht van Curaçao. De verzoeksters, Corporate Agents N.V. en Covenant Managers N.V., hebben cassatie ingesteld tegen een vonnis van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba. De curatoren, Gavin Cecil Gainsford en Mario Paul Walters, hebben voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep ingesteld. De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling geconcludeerd dat de klachten van de verzoeksters niet tot cassatie kunnen leiden, omdat deze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het principale beroep verworpen en de verzoeksters veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 400,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. Deze uitspraak heeft belangrijke implicaties voor de toepassing van faillissementsrecht en ondernemingsrecht in de Caribische context, met name met betrekking tot de rechten van oprichters en de overdraagbaarheid van deze rechten.