Uitspraak
wonende te [woonplaats],
wonende op een geheim adres,
SAMEN VEILIG JEUGDBESCHERMING BRABANT,
1.Het geding
2.Het tweede geding in cassatie
3.Beoordeling van het middel
4.Beslissing
8 februari 2019.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 8 februari 2019 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure betreffende gezag en omgangsregelingen. De zaak betreft een verzoek van de man, die in cassatie is gegaan tegen een beschikking van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De man had eerder een verzoek ingediend om deskundigenonderzoek, wat door het hof niet was ingewilligd. De Hoge Raad verwijst naar eerdere uitspraken, waaronder die van 8 juli 2016, waarin de procedure na verwijzing werd besproken. De vrouw en de gecertificeerde instelling, Samen Veilig Jeugdbescherming Brabant, zijn niet verschenen in deze procedure.
De Hoge Raad heeft de klachten van de man beoordeeld, maar oordeelt dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. De klachten zijn niet van dien aard dat zij nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De conclusie van de plaatsvervangend Procureur-Generaal was om het cassatieberoep te verwerpen, en de advocaat van de man heeft hier schriftelijk op gereageerd. Uiteindelijk heeft de Hoge Raad besloten het beroep te verwerpen, waarmee de beschikking van het hof in stand blijft.