ECLI:NL:HR:2019:1419

Hoge Raad

Datum uitspraak
1 oktober 2019
Publicatiedatum
24 september 2019
Zaaknummer
17/05983
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bezwaarschrift tegen dagvaarding in verband met valselijk opmaken en gebruik maken van documenten betreffende arbeids- en rusttijden van buitenlandse werknemers

In deze zaak gaat het om een bezwaarschrift dat is ingediend door de verdachte tegen een dagvaarding in verband met de verdenking van het valselijk opmaken en gebruiken van een brief met betrekking tot de arbeids- en rusttijden van buitenlandse werknemers. De Hoge Raad heeft op 1 oktober 2019 uitspraak gedaan in deze zaak, die onder nummer 17/05983 valt. De verdachte, geboren in 1964, heeft zijn beroep in cassatie ingesteld via zijn advocaat N. van der Laan. De Advocaat-Generaal T.N.B.M. Spronken heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden beschikking en terugwijzing naar het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden voor herbehandeling van de zaak.

De Hoge Raad heeft de middelen van cassatie beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. Dit is in overeenstemming met artikel 81, eerste lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie. De Hoge Raad heeft geen nadere motivering gegeven, omdat de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De beslissing van de Hoge Raad is dat het beroep wordt verworpen, wat betekent dat de eerdere beslissing van het Gerechtshof in stand blijft.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer17/05983
Datum1 oktober 2019
BESCHIKKING
op het beroep in cassatie tegen een beschikking van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, van 21 augustus 2017, nummer AVNR 000642-17, op een bezwaarschrift als bedoeld in art. 262 Sv, ingediend
door
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1964,
hierna: de verdachte.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft N. van der Laan, advocaat te Amsterdam, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal T.N.B.M. Spronken heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden beschikking en tot terugwijzing van de zaak naar het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, opdat de zaak op het bestaande hoger beroep opnieuw wordt berecht en afgedaan.

2.Beoordeling van de middelen

De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO – en wat betreft het tweede middel de heden uitgesproken beschikking in de zaak 17/04400, ECLI:NL:HR:2019:1410 – geen nadere motivering nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren V. van den Brink, A.L.J. van Strien, M.J. Borgers en A.E.M. Röttgering, in bijzijn van de waarnemend griffier S.P. Bakker, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
1 oktober 2019.