ECLI:NL:HR:2019:1390
Hoge Raad
- Artikel 80a RO-zaken
- R.J. Koopman
- P.M.F. van Loon
- L.F. van Kalmthout
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep tegen naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 20 september 2019 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van [X] te [Z] tegen de Staatssecretaris van Financiën. Het beroep in cassatie was gericht tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 4 september 2018, waarin een naheffingsaanslag in de motorrijtuigenbelasting was opgelegd aan de belanghebbende voor de periode van 4 augustus 2015 tot en met 3 augustus 2016, alsook een boetebeschikking. De Hoge Raad heeft de ontvankelijkheid van het cassatieberoep beoordeeld en geconcludeerd dat de klachten die door de belanghebbende zijn ingediend, geen behandeling in cassatie rechtvaardigen. Dit is gebaseerd op het feit dat de belanghebbende klaarblijkelijk onvoldoende belang heeft bij het cassatieberoep, of dat de klachten niet tot cassatie kunnen leiden. Daarom heeft de Hoge Raad het beroep in cassatie niet-ontvankelijk verklaard, zonder veroordeling in de proceskosten. De uitspraak is gedaan door de vice-president R.J. Koopman als voorzitter, samen met de raadsheren P.M.F. van Loon en L.F. van Kalmthout, en is openbaar uitgesproken op de genoemde datum.