ECLI:NL:HR:2018:988

Hoge Raad

Datum uitspraak
26 juni 2018
Publicatiedatum
22 juni 2018
Zaaknummer
17/02923
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Doodslag en beroep op noodweer in vecht- en schietpartij bij winkelcentrum

In deze zaak gaat het om een vecht- en schietpartij die plaatsvond op klaarlichte dag bij een winkelcentrum in Breda, waarbij leden van een motorclub betrokken waren. De verdachte, geboren in 1980, heeft in cassatie beroep ingesteld tegen een arrest van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch van 23 mei 2017. De zaak betreft doodslag, zoals omschreven in artikel 287 van het Wetboek van Strafrecht. De verdachte heeft klachten ingediend over de betrouwbaarheid van getuigenverklaringen en heeft een beroep gedaan op (putatief) noodweer(exces). De Hoge Raad heeft op 26 juni 2018 uitspraak gedaan in deze zaak, waarbij het beroep in cassatie is verworpen. De plaatsvervangend Advocaat-Generaal D.J.M.W. Paridaens heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep, en de Hoge Raad heeft geoordeeld dat de middelen niet tot cassatie kunnen leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, eerste lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, omdat de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Het arrest is gewezen door de vice-president J. de Hullu als voorzitter, en de raadsheren A.J.A. van Dorst en E.S.G.N.A.I. van de Griend, in bijzijn van de griffier S.P. Bakker, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting.

Uitspraak

26 juni 2018
Strafkamer
nr. S 17/02923
SB
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch van 23 mei 2017, nummer 20/002052-16, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1980.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze hebben R.J. Baumgardt en P. van Dongen, beiden advocaat te Rotterdam, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De plaatsvervangend Advocaat-Generaal D.J.M.W. Paridaens heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

2.Beoordeling van de middelen

De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president J. de Hullu als voorzitter, en de raadsheren A.J.A. van Dorst en E.S.G.N.A.I. van de Griend, in bijzijn van de griffier S.P. Bakker, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 26 juni 2018.