ECLI:NL:HR:2018:2155

Hoge Raad

Datum uitspraak
20 november 2018
Publicatiedatum
20 november 2018
Zaaknummer
17/01403
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over het voorhanden hebben van luchtdrukpistool en de verbindendheid van de Regeling wapens en munitie

In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag, dat op 3 maart 2017 is gewezen. De verdachte, geboren in 1989, heeft beroep ingesteld tegen de veroordeling voor het medeplegen van het voorhanden hebben van een luchtdrukpistool, dat volgens de wet wordt beschouwd als een voorwerp dat qua vorm en afmetingen sterk lijkt op een vuurwapen. De verdediging heeft aangevoerd dat artikel 3, aanhef en onder a, van de Regeling wapens en munitie onverbindend is, omdat het in strijd zou zijn met het lex certa-beginsel, specifiek voor luchtdrukwapens. De plaatsvervangend Advocaat-Generaal D.J.M.W. Paridaens heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

De Hoge Raad heeft op 20 november 2018 uitspraak gedaan en het beroep verworpen. De Hoge Raad oordeelt dat de gronden die zijn vermeld in het eerder uitgesproken arrest in de samenhangende zaak 17/01402, ECLI:NL:HR:2018:2153, van toepassing zijn en dat het middel niet tot cassatie kan leiden. De uitspraak is gedaan door de vice-president J. de Hullu als voorzitter, samen met de raadsheren A.J.A. van Dorst en M.J. Borgers, en is openbaar uitgesproken. Dit arrest bevestigt de eerdere beslissing van het Gerechtshof en onderstreept de juridische interpretatie van de wetgeving omtrent luchtdrukwapens.

Uitspraak

20 november 2018
Strafkamer
nr. S 17/01403
IV/CeH
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag van 3 maart 2017, nummer 22/003762-16, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1989.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft J.G. Kabalt, advocaat te Breukelen, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De plaatsvervangend Advocaat-Generaal D.J.M.W. Paridaens heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

2.Beoordeling van het middel

2.1.
Het middel klaagt dat het Hof niet gemotiveerd heeft beslist op de stelling van de verdediging dat art. 3, aanhef en onder a, van de Regeling wapens en munitie onverbindend is wegens strijd met het lex certa-beginsel voor zover het betrekking heeft op luchtdrukwapens.
2.2.
Op de gronden die zijn vermeld in het heden uitgesproken arrest in de zaak 17/01402, ECLI:NL:HR:2018:2153, kan het middel niet tot cassatie leiden.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president J. de Hullu als voorzitter, en de raadsheren A.J.A. van Dorst en M.J. Borgers, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
20 november 2018.