ECLI:NL:HR:2017:357

Hoge Raad

Datum uitspraak
3 maart 2017
Publicatiedatum
2 maart 2017
Zaaknummer
16/03894
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bezwaren tegen handhaving van onmiddellijke voorzieningen in een enquêteprocedure

In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gebracht, gaat het om een cassatieberoep van JKS HOLDING B.V. en STICHTING ADMINISTRATIEKANTOOR D.E.M. tegen eerdere beschikkingen van de ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam. De beschikkingen betroffen de handhaving van een onmiddellijke voorziening, namelijk de benoeming van een bestuurder en aanvullende onmiddellijke voorzieningen met betrekking tot de overdracht van aandelen ten titel van beheer. De Hoge Raad verwijst naar eerdere beschikkingen van de ondernemingskamer van 28 april 2016 en 10 mei 2016, die aan de huidige beschikking zijn gehecht.

De Hoge Raad heeft de klachten van JKS c.s. in hun cassatieberoep beoordeeld, evenals het incidentele cassatieberoep van de verweerder. De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Timmerman was om beide beroepen te verwerpen. De Hoge Raad oordeelt dat de aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden, en dat er geen noodzaak is voor nadere motivering, aangezien de klachten niet leiden tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

In de beslissing heeft de Hoge Raad het principale beroep van JKS c.s. verworpen en hen veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie. Tevens is het incidentele beroep van de verweerder verworpen, waarbij ook deze in de kosten is veroordeeld. De beschikking is openbaar uitgesproken op 3 maart 2017 door de vice-president en de raadsheren van de Hoge Raad.

Uitspraak

3 maart 2017
Eerste Kamer
16/03894
TT/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
1. JKS HOLDING B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
2. STICHTING ADMINISTRATIEKANTOOR D.E.M.,
gevestigd te Haarlem,
VERZOEKSTERS tot cassatie, verweersters in het incidenteel cassatieberoep,
advocaat: mr. E.M. Tjon-En-Fa,
t e g e n
[verweerder],
gevestigd te [woonplaats], Verenigde Staten,
VERWEERDER in cassatie, verzoeker in het incidenteel cassatieberoep,
advocaat: mr. F.E. Vermeulen.
Verzoeksters zullen hierna gezamenlijk worden aangeduid als als JKS c.s. en verweerder als [verweerder].

1.Het geding in feitelijke instantie

Voor het verloop van het geding in feitelijke instantie verwijst de Hoge Raad naar de beschikkingen in de zaak 200.172.902/02 OK van de ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam van 28 april 2016 en 10 mei 2016.
De beschikkingen van de ondernemingskamer zijn aan deze beschikking gehecht.

2.Het geding in cassatie

Tegen de beschikkingen van de ondernemingskamer hebben JKS c.s. beroep in cassatie ingesteld. [verweerder] heeft incidenteel cassatieberoep ingesteld. Het cassatierekest en het verweerschrift tevens houdende incidenteel cassatieberoep zijn aan deze beschikking gehecht en maken daarvan deel uit.
Partijen hebben over en weer geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Timmerman strekt tot verwerping van het principaal cassatieberoep en het incidenteel cassatieberoep.
De advocaat van JKS c.s. heeft bij brief van 1 februari 2017 op die conclusie gereageerd; de advocaat van [verweerder] heeft dat gedaan bij brief van 13 januari 2017.

3.Beoordeling van de middelen in het principale en in het incidentele beroep

De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

4.Beslissing

De Hoge Raad:
in het principale beroep:
verwerpt het beroep;
veroordeelt JKS c.s. in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verweerder] begroot op € 393,07 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris;
in het incidentele beroep:
verwerpt het beroep;
veroordeelt [verweerder] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van JKS c.s. begroot op € 68,07 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Deze beschikking is gegeven door de vice-president E.J. Numann als voorzitter en de raadsheren C.A. Streefkerk, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek en M.J. Kroeze, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer G. de Groot op
3 maart 2017.