Uitspraak
thans gedetineerd te Nieuwegein,
gevestigd te Mountain View, Californië, Verenigde Staten van Amerika,
1.Het geding in feitelijke instanties
2.Het geding in cassatie
3.Beoordeling van het middel
4.Beslissing
10 november 2017.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 10 november 2017 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die was ingesteld door [eiser], die thans gedetineerd is te Nieuwegein, tegen Google Inc., gevestigd in Mountain View, Californië, Verenigde Staten. De zaak betreft de verantwoordelijkheid van een internetprovider voor onrechtmatige publicaties op een weblog. De Hoge Raad verwijst naar eerdere uitspraken in de feitelijke instanties, waaronder een vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Den Haag en een arrest van het gerechtshof Den Haag.
De Hoge Raad heeft het cassatieberoep van [eiser] verworpen, waarbij de klachten die in het middel zijn aangevoerd niet tot cassatie konden leiden. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten geen nadere motivering behoefden, aangezien deze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
Daarnaast heeft de Hoge Raad [eiser] veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van Google zijn begroot op een totaal van € 4.878,34. Dit arrest is gewezen door de vice-president en een aantal raadsheren, en is openbaar uitgesproken door een raadsheer.