ECLI:NL:HR:2017:1347

Hoge Raad

Datum uitspraak
14 juli 2017
Publicatiedatum
13 juli 2017
Zaaknummer
16/03295
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over contractuele boete en voorkeursrecht tot koop

In deze zaak gaat het om een cassatieberoep ingesteld door [eiser] c.s. tegen een arrest van het gerechtshof Amsterdam. De zaak betreft een geschil over een voorkeursrecht tot koop en de vraag of een contractuele boete verbeurd is wegens niet-naleving. De Hoge Raad verwijst naar eerdere vonnissen van de rechtbank Noord-Holland en het arrest van het hof, dat aan het arrest van de Hoge Raad is gehecht. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten van [eiser] c.s. niet tot cassatie kunnen leiden, omdat deze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad verwerpt het beroep en veroordeelt [eiser] c.s. in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de gemeente zijn begroot op € 6.590,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. Het arrest is gewezen op 14 juli 2017 en openbaar uitgesproken door raadsheer G. de Groot.

Uitspraak

14 juli 2017
Eerste Kamer
16/03295
LZ/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
1. [eiser 1],
2. [eiser 2],
3. [eiseres 3],
allen wonende te [woonplaats],
EISERS tot cassatie,
advocaat: mr. A.H. Vermeulen,
t e g e n
de GEMEENTE UITGEEST,
zetelende te Uitgeest,
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: mr. J.W.H. van Wijk.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [eiser] c.s. en de gemeente.

1.Het geding in feitelijke instanties

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. de vonnissen in de zaak C/15/211084/HA ZA 14-67 van de rechtbank Noord-Holland van 9 april 2014 en 17 december 2014;
b. het arrest in de zaak 200.165.703/01 van het gerechtshof Amsterdam van 22 maart 2016.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.

2.Het geding in cassatie

Tegen het arrest van het hof hebben [eiser] c.s. beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De gemeente heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor de gemeente toegelicht door haar advocaat en mr. M.H.K. Jansen.
De conclusie van de Advocaat-Generaal E.B. Rank-Berenschot strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van [eiser] c.s. heeft bij brief van 15 juni 2017 op die conclusie gereageerd.

3.Beoordeling van het middel

De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

4.Beslissing

De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt [eiser] c.s. in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van de gemeente begroot op € 6.590,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, G. Snijders en T.H. Tanja-van den Broek, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer G. de Groot op
14 juli 2017.