Deze bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsmiddelen:
"1. De verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van het hof van 21 februari 2013, voor zover inhoudende:
Op 11 december heb ik als bestuurder van een motorrijtuig gereden over de Rijksweg A7. Ik reed zo'n 160/180 km per uur op de linkerhelft van de snelweg. Ik nam de afslag Wognum. Ik moest uitwijken voor een auto die veel langzamer voor mij reed anders was ik er bovenop geklapt. Ik heb deze auto toen rechts ingehaald en ben toen over de vluchtstrook gereden. Vervolgens ben ik uit de bocht gevlogen en tegen een boom gebotst. [betrokkene], die bij mij in de auto zat, is door de botsing gewond geraakt.
2. Uit de bijlagen van het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van de politie Noord-Holland Noord, genummerd PL10VE 2010142225, opgemaakt door [verbalisant 1], hoofdagent van politie, gesloten op 8 januari 2011:
- een proces-verbaal van verhoor van verdachte, opgemaakt door [verbalisant 1], hoofdagent van politie, gesloten op 8 januari 2011, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven (blz. 34 ev):
Toen heb ik dus wel even gas gegeven op de A7. Ik denk dat ik ongeveer 180 kilometer per uur reed. [betrokkene] zei dat ik nog harder moest rijden. Ik nam de afrit met ongeveer 100 a 110 kilometer per uur. Ik reed in een zilver grijze BMW, die had ik van een bekende uit Utrecht geleend.
Ik heb wel heel hard gereden, maar het stuk op de A7 ging wel hard, maar daar heb ik geen gekke dingen gedaan. Pas bij de afrit ging het mis.
- een proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt door [verbalisant 1], hoofdagent van politie, gesloten op 12 december 2010, voor zover inhoudende, als relaas van verbalisant, zakelijk weergegeven (blz. 10 ev):
Zaterdag, 11 december 2010, omstreeks 16.00 uur, stond ik, verbalisant, in uniform gekleed en met solo-noodhulpsurveillance belast, naar aanleiding van een melding van de regionale meldkamer te Alkmaar, te posten op een voertuig, die mogelijk vanuit Purmerend over de rijksweg A7, in Noordelijke richting zou rijden. Ik, verbalisant, stond op de A7 rechts, ter hoogte van hectometerpaal 36,1, op de aldaar verbrede vluchtstrook geparkeerd, met de alarmlichten van mijn opvallende dienstvoertuig ingeschakeld.
Ik, verbalisant, zag op datzelfde moment dat mij een zilvergrijze BMW met hoge snelheid passeerde. Terwijl ik, verbalisant, de verkeerssituatie inschatte om te bepalen wanneer ik, verbalisant, veilig in kon voegen, zag ik de eerdergenoemde zilvergrijze BMW met opvallend hoge snelheid afrit 10 nemen. Ik, verbalisant, was ter hoogte van hectometerpaal 36,4, dit is ter hoogte van de uitvoegstrook van afrit 10, ingevoegd op de snelweg, toen ik de voornoemde zilvergrijze BMW rokend tegen een boom zag staan naast de afrit, tussen de hectometerpalen 36,5 en 36,6. Ik, verbalisant, heb mij direct naar de BMW begeven, en zag dat er reeds twee passanten aan de deur aan de passagierszijde stonden te trekken. Ik, verbalisant, zag ter plaatse dat de bestuurder van de BMW, op zijn knieën naast het voertuig aan de bestuurderszijde zat met zijn hoofd in zijn handen. Ik, verbalisant, herkende de bestuurder als de mij, verbalisant, ambtshalve bekende:
[verdachte]
Geboren: [geboortedatum] 1992
Wonende: [a-straat 1] te [woonplaats].
Ik, verbalisant, herkende de passagier als de mij, verbalisant, ambtshalve bekende:
[betrokkene]
Geboren: [geboortedatum] 1992
Wonende: [b-straat 1] te [woonplaats].
- een proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt door [verbalisant 1], hoofdagent van politie, gesloten op 8 januari 2011, voor zover inhoudende, als relaas van verbalisant, zakelijk weergegeven (blz. 13 ev):
Door mij, verbalisant, is op donderdag 16 december 2010, te 9.45 uur, telefonisch een getuige gehoord inzake het verkeersongeval. Deze getuige was als een van de eerste personen ter plaatse op de plaats van het ongeval, en heeft zijn personalia opgegeven aan [verbalisant 2], brigadier van politie Noord-Holland Noord. De getuige, die anoniem wenst te blijven, maar wiens gegevens bij mij, verbalisant, wel bekend zijn, verklaarde het volgende:
"Op zaterdag, 11 december 2010, omstreeks 16.00 uur, reed ik in mijn auto over de A7. Ik reed in Noordelijke richting tussen Hoorn en Wognum, met een snelheid van ongeveer 120 kilometer per uur, op de rechter rijstrook. Een paar honderd meter voor de afslag Wognum, werd ik ingehaald door een zilvergrijze BMW met een gigantische snelheid. Dit is altijd moeilijk in te schatten, maar ik vermoed dat de BMW ergens rond de 200 kilometer per uur, maar in ieder geval 180 plus reed.
Vlak voor de afslag Wognum zag ik een politieauto op de vluchtstrook staan met alarmlichten aan. Ik zag dat de BMW vol in de ankers ging ter hoogte van de politieauto. Op dat moment reed er een vrachtwagen ter hoogte van de rijstrook van de afrit. Ik zag dat de BMW nog voor deze vrachtwagen langs schoot, de afrit op. Ik ging achter de vrachtwagen langs de afrit op, en reed zo'n 200 meter achter de BMW.
Door de bomen langs de afrit heen, zag ik de BMW behoorlijk hard in de bocht van de afrit rijden. Voor de BMW op de afrit reed een andere auto met een naar mijn idee normale snelheid, maar in ieder geval aanzienlijk langzamer dan de BMW. Ik heb op dat moment geen remlichten gezien bij de BMW. Ik zag en hoorde dat de BMW met hoge snelheid en een gigantische knal tegen een boom naast de weg aanreed;
- een proces-verbaal opname en interpretatie plaats ongeval, genummerd N2010142225, opgemaakt door [verbalisant 3] en [verbalisant 4], beiden brigadier van politie, gesloten op 12 januari 2010 (het hof leest: 2011), voor zover inhoudende, als relaas van verbalisanten, zakelijk weergegeven (blz. 18 ev):
Op de afrit van Rijksweg 7 was de bestuurder van een personenauto vermoedelijk met hoge snelheid tegen een boom gereden. Bij dit ongeval was betrokken een personenauto, merk BMW, type 323i Sedan, kleur grijs, voorzien van een vals kenteken [AA-00-BB].
Het ongeval had plaatsgevonden op de oostelijke rijbaan van de voor het openbaar verkeer openstaande weg, de Rijksweg 7 (rechts), ter plaatse gelegen buiten de bebouwde kom van Wognum, gemeente Medemblik.
De maximumsnelheid ter plaatse is 120 kilometer per uur, ter plaatse is een adviessnelheid van 70 kilometer per uur, aangegeven middels borden A4 van de bijlage 1 van het RVV 1990;
Foto 3: de bocht naar rechts op de afrit met de verkeersborden met adviessnelheid 70 km/h en de borden S-bochten;
- een proces-verbaal van verhoor van [betrokkene], opgemaakt door [verbalisant 1], hoofdagent van politie, gesloten op 16 december 2010, voor zover inhoudende, als relaas van verbalisant, zakelijk weergegeven (blz. 43 ev):
Over de aanrijding waarbij ik als inzittende betrokken was, afgelopen zaterdag, 11 december 2010, kan ik u het volgende verklaren. [verdachte] kwam met zijn BMW in Obdam. We zijn naar Hoorn gereden, langs het werk van een vriend. [verdachte] zat achter het stuur. Toen wij in Hoorn waren, werd [verdachte] gebeld door zijn vader, dat hij binnen tien minuten in Heerhugowaard moest zijn. We zijn daarom meteen weggegaan, en [verdachte] gaf flink gas. We reden met ongeveer 220 kilometer per uur over de A7, in de richting van de afslag Wognum, om de A.C. de Graafweg te nemen. Vlak voor de afslag zagen we een politieauto staan. [verdachte] dacht dat die politieauto daar voor hem stond. Vlak voor de politieauto stond [verdachte] vol op de rem. Daarna maakte hij weer wat snelheid, en namen we net aan voor een vrachtwagen langs, afslag Wognum. De afrit gaat met een bocht naar links. Ik denk dat we daar iets van 130 a 140 kilometer per uur reden, maar voor ons reed een kleine auto, iets van een Fiat Panda, veel langzamer. Ik zag dat [verdachte] er omheen reed, en deze auto inhaalde. Ik weet niet zeker meer of hij deze auto aan de binnenkant, of via de vluchtstrook inhaalde. Ik denk via de vluchtstrook. Toen we voorbij deze auto waren verloor [verdachte] de macht over het stuur. Ik zag dat hij zijn armen voor zijn gezicht deed, en we reden recht op een verkeersbord af. We klapten vol op een boom achter het verkeersbord.
Ik heb mijn linker been gebroken, en mijn rechterarm. In zowel mijn arm als been zijn pennen geplaatst. Ik moet waarschijnlijk ook nog aan mijn linkervoet geopereerd worden. Mijn rechtervoet is verbrand. Ik kan sowieso drie maanden niet lopen;
- als schriftelijk bescheid, een geneeskundige verklaring betreffende [betrokkene], opgemaakt door de behandelend arts De Haan, gedateerd 21 december 2010, voor zover inhoudende (blz. 47):
Uitwendig waargenomen letsel:
-bovenbeenfractuur links
-middenvoetsfracturen (3x) linker
-polsfractuur rechts
Operatie:
-bovenbeen li en pols re
-middenvoetsbeentjes li."