ECLI:NL:HR:2012:BW1967
Hoge Raad
- Cassatie
- J.W. van den Berge
- C. Schaap
- G. de Groot
- Rechtspraak.nl
Cassatie over navorderingsaanslagen in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen met betrekking tot verhogingen en boeten
In deze zaak gaat het om navorderingsaanslagen in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) die aan belanghebbende zijn opgelegd over de jaren 1990, 1997, en 1998 tot en met 2000. De navorderingsaanslag voor 1990 was opgelegd met een verhoging van vijftig procent, terwijl de navorderingsaanslag voor 1997 een verhoging van honderd procent kende. Beide verhogingen zijn zonder kwijtschelding opgelegd. Daarnaast zijn er boeten en heffingsrente in rekening gebracht. De Inspecteur heeft de navorderingsaanslagen en de bijbehorende beschikkingen na bezwaar gehandhaafd, waarop belanghebbende beroep heeft ingesteld. Het Gerechtshof heeft de beroepen gegrond verklaard, de uitspraken van de Inspecteur vernietigd en de navorderingsaanslagen en boeten verminderd, met gedeeltelijke kwijtschelding van de verhogingen. Zowel belanghebbende als de Staatssecretaris van Financiën heeft cassatie ingesteld tegen deze uitspraak van het Hof.
De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie van de Staatssecretaris ongegrond verklaard en het beroep van belanghebbende gegrond verklaard. De uitspraak van het Hof is vernietigd voor wat betreft de verhogingen voor de jaren 1990 en 1997 en de opgelegde boeten voor de jaren 1998 tot en met 2000. De zaak is verwezen naar het Gerechtshof te 's-Gravenhage voor verdere behandeling. De Hoge Raad heeft bepaald dat de Staat het griffierecht van € 112 aan belanghebbende moet vergoeden en heeft de Staatssecretaris veroordeeld in de proceskosten van het geding in cassatie, vastgesteld op € 1311 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand. Dit arrest is gewezen op 13 april 2012 door de vice-president en twee raadsheren, en is openbaar uitgesproken.