ECLI:NL:HR:2012:BV9040
Hoge Raad
- Cassatie
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- A.H.T. Heisterkamp
- J.C. van Oven
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot regeling zorg- en opvoedingstaken van een minderjarige
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 16 maart 2012 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure met zaaknummer 11/01890. Het betreft een verzoek tot cassatie van de man, vertegenwoordigd door advocaat mr. G.S.A.J. Koot-Kuis, tegen de vrouw, vertegenwoordigd door advocaat mr. J. Groen. De zaak draait om de afwijzing van een verzoek tot regeling van zorg- en opvoedingstaken voor een minderjarige. De Hoge Raad verwijst naar zijn eerdere beschikking van 20 januari 2012, LJN BU9210, voor het verloop van het geding tot dat moment.
De Advocaat-Generaal M.H. Wissink heeft in zijn nadere conclusie geadviseerd om het cassatieberoep te verwerpen. De Hoge Raad heeft de klachten die in het cassatiemiddel zijn aangevoerd, beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelt dat, gezien artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO), er geen nadere motivering nodig is, omdat de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen. Deze beschikking is openbaar uitgesproken door raadsheer J.C. van Oven, waarbij de andere raadsheren F.B. Bakels, W.D.H. Asser en A.H.T. Heisterkamp betrokken waren. De uitspraak is van belang voor de rechtspraktijk, vooral in zaken die betrekking hebben op de zorg- en opvoedingstaken van minderjarigen.