ECLI:NL:HR:2011:BQ8216
Hoge Raad
- Cassatie
- A.J.A. van Dorst
- J. de Hullu
- H.A.G. Splinter-van Kan
- Rechtspraak.nl
Behandeling van een klaagschrift inzake beslag en teruggave van inbeslaggenomen goederen
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie tegen een beschikking van het Gerechtshof te Amsterdam, waarin het klaagschrift van de klager, [Klager 1], werd afgewezen. Het klaagschrift betrof de teruggave van inbeslaggenomen banden met geluidsopnamen van The Beatles. De klager had zijn beklag ingediend op basis van artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering. De Hoge Raad oordeelde dat het beslag reeds was geëindigd ten tijde van de behandeling van het klaagschrift door het Gerechtshof. Dit was het gevolg van een eerdere beschikking van de Rechtbank te Amsterdam, die op 24 mei 2007 het klaagschrift van Apple Films Limited tot teruggave van dezelfde banden gegrond had verklaard. Hierdoor was de teruggave aan Apple Films Limited onherroepelijk geworden.
De Hoge Raad vernietigde de bestreden beschikking van het Gerechtshof en verklaarde de klager niet-ontvankelijk in zijn beklag. De uitspraak van de Hoge Raad werd gedaan op 6 september 2011, waarbij de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter fungeerde, samen met de raadsheren J. de Hullu en H.A.G. Splinter-van Kan. De beslissing werd genomen in raadkamer en uitgesproken ter openbare terechtzitting. De conclusie van de Advocaat-Generaal Vellinga was dat het beroep moest worden verworpen, wat de Hoge Raad uiteindelijk heeft bevestigd door de klager niet-ontvankelijk te verklaren.