ECLI:NL:HR:2011:BQ0768
Hoge Raad
- Cassatie
- F.H. Koster
- C.H.W.M. Sterk
- M.A. Loth
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen arrest Gerechtshof te 's-Gravenhage inzake toebrengen zwaar lichamelijk letsel
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage, dat op 2 maart 2010 uitspraak deed in een strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1981. De verdachte was ten tijde van de aanzegging gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting 'Rijnmond, locatie De Schie' te Rotterdam. Het beroep in cassatie werd ingesteld door de verdachte, vertegenwoordigd door de advocaten mr. A.M. Seebregts en mr. B. Kizilocak. De Advocaat-Generaal Vellinga concludeerde tot vernietiging van het bestreden arrest en terugwijzing van de zaak naar het Gerechtshof voor herbehandeling.
Het Gerechtshof had de verdachte schuldig bevonden aan het opzettelijk toebrengen van zwaar lichamelijk letsel aan een persoon genaamd [slachtoffer] door op 23 augustus 2008 in Rotterdam met een vuurwapen een kogel door het been van het slachtoffer te schieten. De Hoge Raad oordeelde dat de bewijsvoering van het Hof niet voldoende was onderbouwd, met name omdat er geen informatie was over de aard van het letsel, de noodzaak van medisch ingrijpen en het uitzicht op herstel. Dit leidde tot de conclusie dat de bewezenverklaring niet naar behoren was gemotiveerd.
De Hoge Raad vernietigde daarom de bestreden uitspraak en wees de zaak terug naar het Gerechtshof te 's-Gravenhage, zodat deze opnieuw op het bestaande hoger beroep kan worden berecht en afgedaan. De overige middelen in het cassatieberoep behoefden geen bespreking, wat de beslissing van de Hoge Raad verder onderstreept.