ECLI:NL:HR:2010:BM9252
Hoge Raad
- Cassatie
- D.G. van Vliet
- P. Lourens
- C.B. Bavinck
- A.R. Leemreis
- J.A.C.A. Overgaauw
- Rechtspraak.nl
Inkomstenbelasting en uitponding van onroerende zaken
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden, die betrekking heeft op een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 2002. De Inspecteur had een aanslag opgelegd, die na bezwaar door de Rechtbank te Leeuwarden werd vernietigd. Het Hof heeft echter de uitspraak van de Rechtbank vernietigd en het beroep van belanghebbende ongegrond verklaard. Belanghebbende heeft hiertegen cassatie ingesteld.
De Hoge Raad oordeelt dat het Hof onvoldoende heeft gemotiveerd waarom de kennis van belanghebbende over de verkoop van appartementen als bijzonder kan worden aangemerkt. De Hoge Raad stelt dat de wetenschap dat huurders van een appartementencomplex de wens hebben om hun gehuurde appartement te kopen, niet als bijzondere kennis kan worden beschouwd. Dit oordeel van het Hof is onvoldoende onderbouwd, waardoor de uitspraak niet in stand kan blijven.
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie gegrond, vernietigt de uitspraak van het Hof en verwijst de zaak naar het Gerechtshof te Amsterdam voor verdere behandeling. Tevens wordt de Staatssecretaris van Financiën veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, vastgesteld op € 1932 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand, en dient de Staat het griffierecht van € 110 aan belanghebbende te vergoeden. Dit arrest is gewezen op 24 december 2010.