ECLI:NL:HR:2010:BM4320
Hoge Raad
- Cassatie
- F.H. Koster
- W.M.E. Thomassen
- M.A. Loth
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep tegen strafoplegging en ontvankelijkheid in beroep
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem, waarbij de verdachte is veroordeeld voor winkeldiefstal. De Hoge Raad heeft op 29 juni 2010 uitspraak gedaan in deze zaak, onder zaaknummer 08/03209. De verdachte, die op 9 december 2006 samen met een ander kleding heeft gestolen uit de Bijenkorf in Arnhem, heeft beroep in cassatie ingesteld. De advocaat van de verdachte, mr. A.J.M. Bommer, heeft middelen van cassatie voorgesteld. De Advocaat-Generaal Machielse heeft geconcludeerd tot vernietiging van het bestreden arrest, maar alleen wat betreft de strafoplegging voor feit 1, en heeft verzocht om terugwijzing naar het Hof voor herbehandeling van de zaak.
De Hoge Raad heeft vastgesteld dat de strafoplegging niet begrijpelijk is, omdat de eerdere veroordelingen die door het Hof zijn genoemd, niet onherroepelijk zijn. Dit heeft geleid tot de conclusie dat de verdachte niet-ontvankelijk is in het beroep voor zover dit is gericht tegen de bewezenverklaarde overtreding. De Hoge Raad heeft de bestreden uitspraak vernietigd voor zover deze aan zijn oordeel onderworpen was, maar uitsluitend wat betreft de strafoplegging ter zake van feit 1. De zaak is terugverwezen naar het Gerechtshof te Arnhem voor herbehandeling.
De Hoge Raad heeft ook geoordeeld dat de verdachte niet in zijn beroep in cassatie kan worden ontvangen voor de geldboete die hem is opgelegd voor feit 2, omdat deze onder de cassatiegrens valt. De Hoge Raad heeft de motivering van het Hof inzake de strafoplegging als ontoereikend beoordeeld, omdat het Hof niet heeft aangetoond dat de verdachte eerder onherroepelijk is veroordeeld voor de feiten die aan de strafoplegging ten grondslag liggen. De Hoge Raad heeft uiteindelijk besloten dat de zaak opnieuw moet worden behandeld door het Gerechtshof.