Uitspraak
gewezen op het beroep in cassatie van X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te ’s-Gravenhage van 13 maart 2009, nrs. BK-08/00161 en BK-08/00162, betreffende aanslagen in de forensenbelasting.
ECLI:NL:HR:2010:BM1936
Hoge Raad
- Cassatie
- Hoge Raad der Nederlanden
- Rechtspraak.nl
AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Cassatieberoep tegen uitspraak Gerechtshof inzake forensenbelasting
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 23 april 2010 uitspraak gedaan in een cassatieberoep van X te Z. Het beroep was gericht tegen de uitspraak van het Gerechtshof te ’s-Gravenhage van 13 maart 2009, waarin de nrs. BK-08/00161 en BK-08/00162 werden behandeld. Deze uitspraken betroffen aanslagen in de forensenbelasting. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie afgedaan met toepassing van artikel 81 RO, wat betekent dat de Hoge Raad de zaak zonder verdere behandeling heeft afgedaan. Dit is een gebruikelijke procedure in gevallen waar de Hoge Raad van mening is dat de zaak geen verdere behandeling behoeft. De uitspraak van het Gerechtshof werd bekrachtigd, wat inhoudt dat de beslissing van het Gerechtshof in stand blijft. De zaak is van belang voor de rechtsontwikkeling op het gebied van het bestuursrecht en belastingrecht, met name in relatie tot de forensenbelasting.