ECLI:NL:HR:2010:BG7206
Hoge Raad
- Cassatie
- D.G. van Vliet
- P. Lourens
- A.R. Leemreis
- E.N. Punt
- J.A.C.A. Overgaauw
- Rechtspraak.nl
Cassatie over naheffingsaanslag omzetbelasting en overgang van een algemeenheid van goederen
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van X B.V. tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam betreffende een naheffingsaanslag in de omzetbelasting over het tijdvak van 1 september 2001 tot en met 30 september 2001. De Inspecteur had een naheffingsaanslag opgelegd, welke na bezwaar door de Rechtbank te Haarlem werd vernietigd. De Inspecteur ging in hoger beroep, maar het Hof vernietigde de uitspraak van de Rechtbank, behoudens de proceskostenveroordeling en het griffierecht, en verklaarde het beroep gegrond. Belanghebbende ging in cassatie tegen deze uitspraak.
De Hoge Raad oordeelt dat de activiteiten van belanghebbende, die bestonden uit de handel in en bewerking van vis, niet kunnen worden aangemerkt als een overgang van een algemeenheid van goederen in de zin van artikel 31 van de Wet op de omzetbelasting 1968. De Hoge Raad stelt vast dat de door B geleverde goederen, waaronder rookkasten en kantoorinventaris, niet als een deel van een algemeenheid van goederen kunnen worden beschouwd, omdat deze goederen voorafgaand aan de overdracht zelfstandig door B werden gebruikt in het kader van haar onderneming. De Hoge Raad vernietigt de uitspraak van het Hof, bevestigt de uitspraak van de Rechtbank en gelast dat de Staat het griffierecht vergoedt aan belanghebbende.
De uitspraak van de Hoge Raad benadrukt het belang van de voorwaarden waaronder goederen worden overgedragen en de rol van de betrokken partijen in de overdracht. De Hoge Raad concludeert dat de levering van de goederen door B niet kan worden aangemerkt als een overgang van een algemeenheid van goederen, omdat deze goederen niet gezamenlijk door één ondernemer werden gebruikt en overgedragen met het oog op voortgezet gebruik door een andere ondernemer.