ECLI:NL:HR:2009:BK1798
Hoge Raad
- Cassatie
- F.H. Koster
- B.C. de Savornin Lohman
- J.W. Ilsink
- C.H.W.M. Sterk
- M.A. Loth
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de geldigheid van getuigenoproepingen in strafzaken
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam. De verdachte had hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de Politierechter. Tijdens de procedure zijn er verschillende getuigenoproepingen gedaan, maar getuige [getuige 1] is meerdere keren niet verschenen. De Hoge Raad behandelt de vraag of de beslissingen van de rechtbank met betrekking tot de oproeping van getuigen in stand blijven wanneer het onderzoek ter terechtzitting opnieuw wordt aangevangen. De Hoge Raad oordeelt dat de redelijke wetstoepassing meebrengt dat de beslissingen omtrent getuigenoproepingen, gegeven op basis van artikel 315 van het Wetboek van Strafvordering, ook in stand blijven bij een hernieuwd onderzoek. Dit betekent dat als een getuige niet verschijnt, de rechtbank opnieuw moet beslissen op basis van de artikelen 287 en 288 van het Wetboek van Strafvordering. De Hoge Raad vernietigt het bestreden arrest van het Gerechtshof omdat het Hof heeft verzuimd een beslissing te nemen over het opnieuw oproepen van de niet verschenen getuige. De zaak wordt terugverwezen naar het Gerechtshof te Amsterdam voor herbehandeling.