ECLI:NL:HR:2009:BI8517
Hoge Raad
- Cassatie
- D.H. Beukenhorst
- A. Hammerstein
- W.A.M. van Schendel
- F.B. Bakels
- C.A. Streefkerk
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van rechtsmiddelenverbod bij conservatoir beslag in faillissement
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 25 september 2009 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die volgde op een verzoek van de curatoren van Ceteco N.V. om conservatoir beslag te leggen. De curatoren, vertegenwoordigd door Wilhelmus Marinus Joseph Bekkers en Gerhard Hendrik Gispen, hadden een verzoekschrift ingediend bij de rechtbank Amsterdam om hun vordering van € 190.000.000,-- voorlopig te begroten en beslag te leggen op de aandelen van verschillende vennootschappen. Hagemeyer N.V., de verzoekster tot cassatie, had dit verzoek bestreden. De rechtbank heeft het verzoek op 7 februari 2008 toegewezen, maar Hagemeyer ging in hoger beroep bij het gerechtshof te Amsterdam, dat haar niet-ontvankelijk verklaarde in het hoger beroep. Hagemeyer heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen deze beschikking.
De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat het hof terecht heeft geoordeeld dat de omstandigheid dat de schuldenaar is gehoord, geen uitzondering vormt op het rechtsmiddelenverbod van artikel 700 lid 2 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. Dit artikel bepaalt dat tegen een verleend verlof tot beslag geen hogere voorziening openstaat. De Hoge Raad heeft benadrukt dat de wetgever geen uitzondering heeft willen maken voor gevallen waarin de schuldenaar al is gehoord. De conclusie van de Advocaat-Generaal strekte tot verwerping van het beroep, en de Hoge Raad heeft dit oordeel gevolgd.
De Hoge Raad heeft het beroep van Hagemeyer verworpen en haar in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld. De uitspraak is gedaan door de vice-president D.H. Beukenhorst en de raadsheren A. Hammerstein, W.A.M. van Schendel, F.B. Bakels, C.A. Streefkerk, en openbaar uitgesproken door raadsheer E.J. Numann.