ECLI:NL:HR:2009:BI3758
Hoge Raad
- Cassatie
- J.W. van den Berge
- C.J.J. van Maanen
- C. Schaap
- J.W.M. Tijnagel
- M.W.C. Feteris
- Rechtspraak.nl
Cassatie over naheffingsaanslag loonbelasting en boetes met betrekking tot grove schuld belastingplichtige
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van X B.V. tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem, die betrekking heeft op een naheffingsaanslag in de loonbelasting en de daarbij opgelegde boetes. De naheffingsaanslag is opgelegd voor het tijdvak van 1 januari 1999 tot en met 31 december 2002. Na bezwaar tegen de naheffingsaanslag heeft de Inspecteur de aanslag en de vergrijpboete gehandhaafd, terwijl de verzuimboete werd verminderd tot nihil. X B.V. heeft vervolgens beroep ingesteld bij de Rechtbank te Arnhem, die de beroepen gegrond verklaarde en de uitspraken van de Inspecteur vernietigde. Het Hof bevestigde deze uitspraak, waarna X B.V. cassatie heeft ingesteld.
De Hoge Raad oordeelt dat het Hof heeft miskend dat indien een belastingplichtige zich laat bijstaan door een adviseur die hij voor voldoende deskundig mocht houden, er geen algemene eis is dat de belastingplichtige zich zelf in de inhoudelijke aspecten van de belastingregelingen verdiept. Dit geldt ook als de belastingplichtige op grote schaal gebruik maakt van de regeling. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie gegrond, vernietigt de uitspraak van het Hof en verwijst de zaak naar het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch voor verdere behandeling. Tevens wordt de Staatssecretaris van Financiën veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, vastgesteld op € 644 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand, en wordt het griffierecht van € 433 aan belanghebbende vergoed.
De uitspraak van de Hoge Raad benadrukt de verantwoordelijkheden van belastingplichtigen en hun adviseurs in het kader van belastingregelingen, en biedt een belangrijke nuance in de beoordeling van grove schuld in belastingzaken.