ECLI:NL:HR:2008:BF5285

Hoge Raad

Datum uitspraak
21 november 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
C07/095HR
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onrechtmatige daad en schadeplichtigheid na vernietiging vonnis

In deze zaak gaat het om een geschil tussen [eiser] en Advex c.s. over onrechtmatige daad en schadeplichtigheid. Advex c.s. hebben [eiser] gedagvaard voor de rechtbank Arnhem, waarbij zij vorderden dat [eiser] onrechtmatig had gehandeld en hen schade diende te vergoeden. De rechtbank heeft op 26 januari 2005 geoordeeld dat [eiser] inderdaad onrechtmatig heeft gehandeld en hem veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding van € 269.593,--, vermeerderd met wettelijke rente. In reconventie heeft de rechtbank de vorderingen van [eiser] afgewezen.

Tegen dit vonnis hebben Advex c.s. hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Arnhem, waar [eiser] incidenteel hoger beroep heeft ingesteld. Het hof heeft op 12 december 2006 de vonnissen van de rechtbank bekrachtigd, waarna [eiser] cassatie heeft ingesteld. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de klachten in de middelen niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en [eiser] veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 5.987,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.

De Hoge Raad heeft in zijn arrest op 21 november 2008 geoordeeld dat de in de middelen aangevoerde klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling, en heeft daarmee de eerdere uitspraken van de lagere rechters bevestigd.

Uitspraak

21 november 2008
Eerste Kamer
Nr. C07/095HR
RM/MD
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
[Eiser],
wonende te [woonplaats],
EISER tot cassatie,
advocaat: mr. P.C.M. van Schijndel,
t e g e n
1. ADVEX FINANCIËLE DIENSTEN B.V.,
gevestigd te Blaricum,
2. [Verweerder 2],
wonende te [woonplaats],
VERWEERDERS in cassatie,
advocaat: mr. K. Aantjes.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [eiser] en Advex c.s.
1. Het geding in feitelijke instanties
Advex c.s. hebben bij exploot van 13 november 2003 [eiser] gedagvaard voor de rechtbank Arnhem en gevorderd, kort gezegd:
a. te verklaren voor recht dat [eiser] jegens hen onrechtmatig heeft gehandeld;
b. [eiser] te veroordelen aan hen te vergoeden de als gevolg van het onrechtmatig handelen veroorzaakte schade tot een bedrag van € 895.670,48, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover;
c. [eiser] te veroordelen aan hen te vergoeden de door hen voorafgaande aan deze procedure gemaakte kosten van juridische bijstand ad € 4.448,--, vermeerderd met de wettelijke rente.
[Eiser] heeft de vordering bestreden en, in reconventie, gevorderd, kort gezegd, dat de rechtbank Advex c.s. zal veroordelen de door hen gelegde conservatoire beslagen ten laste van [eiser] op te heffen alsmede voor recht zal verklaren dat Advex c.s. door de beslagleggingen ten laste van [eiser] onrechtmatig jegens hem hebben gehandeld en verplicht zijn de daaruit voortvloeiende schade aan [eiser] te vergoeden en hen te veroordelen tot het betalen van een bedrag van € 542.500,-- vermeerderd met de wettelijke rente.
De rechtbank heeft bij eindvonnis van 26 januari 2005 in conventie voor recht verklaard dat [eiser] jegens Advex c.s. onrechtmatig heeft gehandeld en persoonlijk aansprakelijk is voor de schade die Advex c.s. als gevolg daarvan hebben geleden en [eiser] hoofdelijk (met Juresta Nederland B.V.) veroordeeld om een bedrag van € 269.593,-- aan Advex c.s. te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente. In reconventie heeft de rechtbank de vorderingen afgewezen.
Tegen dit vonnis hebben Advex c.s. hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Arnhem. [Eiser] heeft incidenteel hoger beroep ingesteld tegen de vonnissen van de rechtbank van 14 januari 2005 en 26 januari 2005.
Bij tussenarrest van 17 mei 2005 heeft het hof in het incident tot voeging alle door partijen aangebrachte zaken gevoegd.
Advex c.s. hebben in hoger beroep gevorderd het vonnis van 26 januari 2005 te vernietigen voor zover hun vorderingen niet of niet volledig zijn toegewezen met instandlating van het overige in zowel conventie als in reconventie en, opnieuw rechtdoende, bij arrest [eiser] te veroordelen tot betaling aan Advex c.s. van een bedrag van € 1.200.000,-- als vergoeding van de door hen geleden en nog te lijden schade, vermeerderd met de wettelijke rente.
Het hof heeft bij eindarrest van 12 december 2006 de tussen partijen gewezen vonnissen van de rechtbank Arnhem van 14 januari 2004 en 26 januari 2005 bekrachtigd.
De arresten van het hof zijn aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen voornoemde arresten van het hof heeft [eiser] beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Advex c.s. hebben geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor [eiser] toegelicht door zijn advocaat en voor Advex c.s. door mr. H.A.J.M. van Kaam, advocaat te Amsterdam.
De conclusie van de Advocaat-Generaal D.W.F. Verkade strekt tot niet-ontvankelijkverklaring van [eiser] in het cassatieberoep tegen de arresten van 17 mei 2005 en 21 februari 2006 en verwerping van het beroep tegen het eindarrest van 12 december 2006.
3. Beoordeling van de middelen
De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt [eiser] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Advex c.s. begroot op € 5.987,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de vice-president D.H. Beukenhorst als voorzitter en de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, E.J. Numann, J.C. van Oven en W.D.H. Asser, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 21 november 2008.