ECLI:NL:HR:2008:BC5812
Hoge Raad
- Cassatie
- J.W. van den Berge
- L. Monné
- C.J.J. van Maanen
- J.W.M. Tijnagel
- A.H.T. Heisterkamp
- Rechtspraak.nl
Oordeel over onroerendezaakbelasting voor pand in aanbouw
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 8 augustus 2008 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure over de onroerendezaakbelasting (OZB) die was opgelegd aan X B.V. voor een kantoorgebouw dat in aanbouw was. De gemeente Zwolle had een aanslag in de OZB opgelegd voor het jaar 2001, welke aanslag na bezwaar door het hoofd van de sectie belastingen van de gemeente werd gehandhaafd. Het Hof had het beroep van belanghebbende ongegrond verklaard, waarna belanghebbende in cassatie ging. Het College van burgemeester en wethouders van Zwolle diende een verweerschrift in en stelde incidenteel beroep in cassatie in.
De Hoge Raad oordeelde dat de opvatting van belanghebbende, dat een gebouw in aanbouw niet in de OZB kan worden betrokken, onjuist was. De Hoge Raad stelde vast dat wie een opstal bouwt op eigen grond deze grond gebruikt in de zin van de relevante wetgeving, mits het met het oogmerk is om de zaak na de bouw te gebruiken, te verhuren of te verkopen. Het Hof had in zijn eerdere uitspraak terecht geoordeeld dat belanghebbende in 2001 betrokken was in de OZB.
De Hoge Raad verklaarde het principale beroep in cassatie ongegrond en het incidentele beroep niet-ontvankelijk. Tevens werd het College veroordeeld in de proceskosten van het incidentele beroep, vastgesteld op € 1449 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand. Dit arrest is openbaar uitgesproken en de proceskostenveroordeling is aan de gemeente Zwolle opgelegd.