ECLI:NL:HR:2008:BC3557
Hoge Raad
- Cassatie
- G.J.M. Corstens
- W.A.M. van Schendel
- W.M.E. Thomassen
- Rechtspraak.nl
Verbetering van de beslissing omtrent schadevergoedingsmaatregel en benadeelde partij in cassatie
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 18 maart 2008 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, dat op 24 januari 2007 had geoordeeld in de strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1984 en destijds gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting 'Rijnmond'. Het beroep in cassatie werd ingesteld door de verdachte, vertegenwoordigd door mr. C.F. Korvinus, die middelen van cassatie had voorgesteld. De Advocaat-Generaal Wortel concludeerde dat de Hoge Raad de bestreden uitspraak zou verbeteren en het beroep voor het overige zou verwerpen.
De Hoge Raad constateerde dat het Hof bij de toewijzing van de vordering van de benadeelde partij en de oplegging van de schadevergoedingsmaatregel verzuimd had de naam van de benadeelde partij te vermelden. Dit was een kennelijke vergissing, die de Hoge Raad ambtshalve heeft hersteld. De Hoge Raad oordeelde dat de verplichtingen tot betaling aan de Staat en aan de benadeelde partij elkaar uitsluiten, afhankelijk van de betaling door de verdachte. Dit betekent dat als de verdachte aan de Staat betaalt, zijn verplichting aan de benadeelde partij vervalt en vice versa.
De Hoge Raad heeft de middelen van de verdachte beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie konden leiden. De Hoge Raad oordeelde dat er geen grond was voor vernietiging van de bestreden uitspraak en verwierp het beroep. Dit arrest is uitgesproken door de vice-president en twee raadsheren, in aanwezigheid van de waarnemend griffier.