ECLI:NL:HR:2007:AZ6961
Hoge Raad
- Cassatie
- D.G. van Vliet
- P.J. van Amersfoort
- P. Lourens
- C.B. Bavinck
- A.R. Leemreis
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de rechtsstrijd na verwijzing in belastingzaak
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van X B.V. te Curaçao tegen een uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch. De zaak betreft een navorderingsaanslag in de vennootschapsbelasting voor het jaar 1993, waarbij de Inspecteur aanvankelijk een belastbaar bedrag van ƒ 864.992 had vastgesteld. Later werd een navorderingsaanslag opgelegd naar een belastbaar bedrag van ƒ 2.702.942, met een verhoging van de nagevorderde belasting van honderd procent. De Inspecteur verleende echter kwijtschelding tot op 50 procent bij het vaststellen van de aanslag. Na bezwaar van belanghebbende handhaafde de Inspecteur de navorderingsaanslag, maar schold de verhoging geheel kwijt.
De Hoge Raad heeft de zaak eerder behandeld en verwees deze naar het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch voor verdere behandeling. Het Hof verklaarde het beroep gegrond, vernietigde de uitspraak van de Inspecteur en verminderde de navorderingsaanslag tot een belastbaar bedrag van ƒ 2.335.352. Belanghebbende heeft vervolgens beroep in cassatie ingesteld tegen deze uitspraak van het Hof.
De Hoge Raad beoordeelt de middelen die door belanghebbende zijn ingediend. Middel 1 stelt dat het Hof buiten de verwijzingsopdracht is getreden door te onderzoeken of er een voorwaardelijk compromis tot stand is gekomen tijdens een eerdere zitting. De Hoge Raad oordeelt dat het Hof niet buiten de rechtsstrijd is getreden, aangezien het Gerechtshof te Arnhem in zijn eerdere uitspraak geen oordeel heeft gegeven over het bestaan van een compromis.
De overige middelen, waaronder middel 2 over de bijzondere bewijskracht van een proces-verbaal van een zitting, worden eveneens verworpen. De Hoge Raad concludeert dat er geen termen aanwezig zijn voor een veroordeling in de proceskosten en verklaart het beroep ongegrond. Dit arrest is uitgesproken op 26 januari 2007 door de vice-president en de raadsheren in openbaar.