ECLI:NL:HR:2007:AZ2587
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- E.J. Numann
- A. Hammerstein
- W.D.H. Asser
- Rechtspraak.nl
Ontvankelijkheid hoger beroep tegen opheffing conservatoir vreemdelingenbeslag op zeeschip
In deze zaak gaat het om de ontvankelijkheid van het hoger beroep tegen een vonnis dat strekt tot opheffing van conservatoir vreemdelingenbeslag op het m.s. "Action". De voorzieningenrechter in de rechtbank Dordrecht verleende op 11 november 2002 aan Itera verlof tot het leggen van beslag op het schip, dat eigendom is van Wessex Navigation Limited, gevestigd in Malta. Itera legde op 12 november 2002 het beslag, waarna Wessex in kort geding opheffing van het beslag vorderde. De voorzieningenrechter heeft het beslag op 15 november 2002 opgeheven, maar Itera ging in hoger beroep bij het gerechtshof te 's-Gravenhage. Het hof vernietigde het vonnis van de voorzieningenrechter op 23 december 2003 en wees de vordering van Wessex af. Wessex stelde cassatie in tegen dit arrest, waarbij Itera niet verschenen was. De Hoge Raad oordeelde dat de termijn van vier weken, zoals bedoeld in artikel 700 lid 3 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, bedoeld is om te voorkomen dat een schuldeiser het beslag als pressiemiddel gebruikt. De opheffing van het beslag door de voorzieningenrechter maakte deze termijn irrelevant. De Hoge Raad verwierp het beroep van Wessex en veroordeelde hen in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van Itera op nihil werden begroot. De uitspraak werd gedaan door de vice-president en vier raadsheren, en openbaar uitgesproken op 9 februari 2007.