ECLI:NL:HR:2006:AX6246
Hoge Raad
- Cassatie
- D.H. Beukenhorst
- P.C. Kop
- J.C. van Oven
- W.A.M. van Schendel
- W.D.H. Asser
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid Bureau voor Rechtshulp voor vermogensschade door beroepsfout juridisch adviseur
In deze zaak gaat het om een geschil tussen de Stichting Juridische Dienstverlening Drenthe, handelende onder de naam Bureau voor Rechtshulp, en een voormalig cliënt over de aansprakelijkheid van het bureau voor de vermogensschade die de cliënt heeft geleden door een beroepsfout van de juridisch adviseur. De cliënt, aangeduid als [verweerder], had een arbeidsconflict dat resulteerde in een formele ontbinding van zijn arbeidsovereenkomst. De juridisch adviseur heeft de cliënt onjuist geïnformeerd over zijn WW-rechten, wat leidde tot financiële schade. De cliënt vorderde een schadevergoeding van € 79.060,-- plus wettelijke rente, gebaseerd op onrechtmatige daad en toerekenbare tekortkoming. De rechtbank heeft de vordering afgewezen, maar het gerechtshof heeft in hoger beroep geoordeeld dat het Bureau voor Rechtshulp aansprakelijk is voor de schade door de beroepsfout. Het hof heeft de zaak naar de schadestaatprocedure verwezen, omdat de omvang van de schade nog niet vaststond. Het Bureau voor Rechtshulp heeft cassatie ingesteld tegen het arrest van het hof. De Hoge Raad heeft het principale beroep verworpen en het Bureau veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie. De zaak benadrukt de verplichtingen van juridische dienstverleners en de noodzaak van correcte informatieverstrekking aan cliënten.