ECLI:NL:HR:2006:AX2044
Hoge Raad
- Cassatie
- J.W. van den Berge
- C.A. Streefkerk
- C. Schaap
- Rechtspraak.nl
Invloed van foutieve WOZ-beschikking op heffingsmaatstaf forensenbelasting
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Apeldoorn tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem. De zaak betreft een aanslag in de forensenbelasting voor het jaar 2002, opgelegd aan belanghebbende voor de onroerende zaak aan de a-straat 4 te Q. De aanslag bedroeg € 1.690, maar na bezwaar van belanghebbende heeft het Hof de aanslag verlaagd tot € 65. Het College heeft hiertegen cassatie ingesteld.
De Hoge Raad heeft de feiten als volgt vastgesteld: belanghebbende had haar hoofdverblijf in 2002 in R en was eigenaar van de gemeubileerde woning. De heffingsmaatstaf voor de forensenbelasting was vastgesteld op basis van de waarde van de onroerende zaak, die abusievelijk alleen de waarde van de grond in aanmerking nam. De relevante verordening stelt dat de belasting wordt geheven naar de heffingsmaatstaf voor de onroerende-zaakbelastingen.
Het Hof oordeelde dat de heffingsmaatstaf € 39.000 was, wat leidde tot een belasting van € 65. Het College betwistte dit oordeel en stelde dat er geen heffingsmaatstaf was vastgesteld. De Hoge Raad oordeelde echter dat de heffingsmaatstaf zoals vastgesteld voor de onroerende zaak ook geldt voor de forensenbelasting, ongeacht de foutieve WOZ-beschikking. De Hoge Raad verklaarde het beroep van het College ongegrond en bevestigde de uitspraak van het Hof.
De proceskosten werden niet toegewezen, en er werd een griffierecht van € 422 opgelegd aan de Gemeente Apeldoorn voor het ingestelde beroep in cassatie. Dit arrest is openbaar uitgesproken op 22 december 2006.