ECLI:NL:HR:2003:AK8291
Hoge Raad
- Cassatie
- L. Monné
- P.J. van Amersfoort
- C.J.J. van Maanen
- Rechtspraak.nl
Cassatie van de Staatssecretaris van Financiën tegen uitspraak Gerechtshof Leeuwarden inzake aanslag inkomstenbelasting en heffingsrente
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep van de Staatssecretaris van Financiën tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden van 17 mei 2002, betreffende een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen die aan belanghebbende, X, is opgelegd voor het jaar 1997. De aanslag was vastgesteld op een belastbaar inkomen van ƒ 67.006, met een heffingsrente van ƒ 882. Na bezwaar van belanghebbende heeft de Inspecteur de aanslag gehandhaafd, maar het Hof heeft de aanslag uiteindelijk verminderd tot ƒ 42.006 en de heffingsrente verlaagd tot ƒ 846.
De Staatssecretaris heeft cassatie ingesteld, waarbij de Hoge Raad zich heeft gebogen over de vraag of de onderbedeling van de ex-echtgenoot van belanghebbende in het kader van de boedelverdeling kan worden aangemerkt als een afkoopsom van alimentatie. Het Hof had geoordeeld dat de Inspecteur niet had aangetoond dat de ex-echtgenoot een kapitaaluitgave had gedaan om belanghebbende te bewegen afstand te doen van alimentatie. De Hoge Raad oordeelt dat het Hof een onjuiste rechtsopvatting heeft gehanteerd door te stellen dat de omstandigheid dat belanghebbende geen aanspraak op alimentatie heeft gemaakt, niet belet dat de onderbedeling als een afkoopsom kan worden aangemerkt.
De Hoge Raad vernietigt de uitspraak van het Hof, behoudens de beslissingen omtrent het griffierecht en de proceskosten, en verwijst de zaak naar het gerechtshof te Arnhem voor verdere behandeling. Dit arrest is gewezen door de raadsheer L. Monné als voorzitter, en de raadsheren P.J. van Amersfoort en C.J.J. van Maanen, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier A.I. Boussak-Leeksma, en in het openbaar uitgesproken op 19 september 2003.