ECLI:NL:HR:2003:AF3653
Hoge Raad
- Cassatie
- G.J. Zuurmond
- F.W.G.M. van Brunschot
- D.G. van Vliet
- P. Lourens
- C.B. Bavinck
- Rechtspraak.nl
Cassatie over aanslag vennootschapsbelasting en waardering van verplichtingen
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van de Staatssecretaris van Financiën tegen een uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, waarin een aanslag in de vennootschapsbelasting voor het jaar 1993 werd verminderd. De belanghebbende, X B.V. te Z (België), had een aanslag opgelegd gekregen van ƒ 1.673.157, welke na bezwaar door de Inspecteur werd gehandhaafd. Het Hof vernietigde deze uitspraak en verlaagde de aanslag tot ƒ 257.560. De Staatssecretaris ging in cassatie tegen deze beslissing.
De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat het Hof terecht had geoordeeld over de waardering van verplichtingen. Het Hof stelde dat bij de waardering van een verplichting in beginsel geen rekening moet worden gehouden met de omstandigheid dat de crediteur voornemens is af te zien van de uitoefening van zijn rechten. De Hoge Raad bevestigde dat er geen reden was om in dit geval van dit beginsel af te wijken, aangezien er geen vaststelling was dat de schuldenaar de schuld niet of niet volledig behoeft te voldoen. De middelen van de Staatssecretaris faalden derhalve.
De Hoge Raad verklaarde het beroep ongegrond en veroordeelde de Staatssecretaris in de kosten van het geding in cassatie, vastgesteld op € 1288 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De Staat werd aangewezen als de rechtspersoon die deze kosten moest vergoeden. Dit arrest is gewezen op 31 januari 2003 door de vice-president en vier raadsheren, en is openbaar uitgesproken.