ECLI:NL:HR:2003:AF2680
Hoge Raad
- Cassatie
- P. Neleman
- A.E.M. van der Putt-Lauwers
- A.G. Pos
- O. de Savornin Lohman
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid bij schaatsongeval tijdens KNSB trainingsuur
In deze zaak gaat het om een schaatsongeval dat plaatsvond op 29 november 1995 op de kunstijsbaan te Haarlem, waarbij eiser, die deelnam aan een KNSB trainingsuur, door verweerder werd geraakt en ten val kwam. Eiser vorderde in eerste instantie bij de Rechtbank te Haarlem dat werd verklaard dat het ongeval het gevolg was van een toerekenbare onrechtmatige daad van verweerder, en eiste schadevergoeding. De Rechtbank wees de vordering af, waarna eiser in hoger beroep ging bij het Gerechtshof te Amsterdam. Het Hof bekrachtigde het vonnis van de Rechtbank, wat leidde tot het cassatieberoep van eiser bij de Hoge Raad.
De Hoge Raad oordeelde dat de Rechtbank en het Hof de vordering van eiser terecht hebben afgewezen. De Hoge Raad benadrukte dat de aansprakelijkheid in sport- en spelsituaties aan andere normen is onderworpen dan in reguliere situaties. Het Hof had vastgesteld dat de gedragingen van verweerder binnen de normale uitoefening van de schaatssport vielen, en dat het KNSB trainingsuur bedoeld was voor snelheidstraining, waarbij valpartijen niet ongebruikelijk zijn. Eiser had niet aangetoond dat verweerder onrechtmatig had gehandeld, en de Hoge Raad verwierp het beroep van eiser, waarbij hij werd veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie.