ECLI:NL:HR:1997:AA2196
Hoge Raad
- Cassatie
- R.J.J. Jansen
- Van der Linde
- Bellaart
- Van Brunschot
- Meij
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep van X B.V. tegen aanslag vennootschapsbelasting 1990
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid X B.V. tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam, die betrekking heeft op de aanslag in de vennootschapsbelasting voor het jaar 1990. De belastingdienst had een aanslag opgelegd van ƒ 47.806,--, welke aanslag na bezwaar door de Inspecteur werd gehandhaafd. X B.V. ging in beroep bij het Hof, dat de uitspraak van de Inspecteur bevestigde. De uitspraak van het Hof is aan het arrest gehecht.
X B.V. heeft vervolgens beroep in cassatie ingesteld tegen de uitspraak van het Hof. In het cassatieberoep heeft de Staatssecretaris van Financiën het beroep bestreden met een vertoogschrift. De Hoge Raad heeft het middel van cassatie beoordeeld en geconcludeerd dat het middel niet kan leiden tot cassatie. Dit is gebaseerd op artikel 101a van de Wet op de rechterlijke organisatie, dat stelt dat geen nadere motivering nodig is wanneer het middel niet leidt tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
De Hoge Raad heeft ook de proceskosten beoordeeld en geen termen aanwezig geacht voor een veroordeling in de proceskosten, zoals bedoeld in artikel 5a van de Wet administratieve rechtspraak belastingzaken. Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep van X B.V. verworpen. Dit arrest is op 25 juni 1997 vastgesteld door de vice-president R.J.J. Jansen als voorzitter, en de raadsheren Van der Linde, Bellaart, Van Brunschot en Meij, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier Van Hooff, en op die datum in het openbaar uitgesproken.