3.1.1.In overweging 2.1. tot en met 2.3. heeft de rechtbank vastgesteld van welke feiten in dit geschil wordt uitgegaan. De door de rechtbank vastgestelde feiten vormen ook in hoger beroep het uitgangspunt. Voorts staan nog enkele andere feiten, als enerzijds gesteld en anderzijds niet betwist, tussen partijen vast. Het hof zal hierna een overzicht geven van deze relevante feiten:
a. In de loop van 2016 heeft [geïntimeerde] [appellanten] geadviseerd over verbouwingswerkzaamheden in het kader van de voorgenomen aanschaf van de woning gelegen aan de [adres] te [plaats] (hierna: de “Woning”). [geïntimeerde] heeft van die bespreking aantekeningen gemaakt waarin voor zover van belang het volgende is opgenomen:
“Open haard beneden weg
breken incl. schoorsteen
Houten vloeren weg en aanbr. geïsoleerde betonvloer incl. vloerverwarming 1 groep keuken
1 groep woonkamer
verwarming verder?
cv ketel + verplaatsen naar zolder in offerte meenemen
voor Hypo maar niet door ons uitvoeren”
b. [geïntimeerde] heeft op 3 november 2016 aan [appellanten] een offerte uitgebracht voor
het verrichten van diverse (verbouwings)werkzaamheden aan de Woning voor een prijs van € 85.920,00. Op die offerte staat onder meer vermeld:
“Vervangen van de cv ketel en deze verplaatsen naar de zolder en aanpassen van diverse radiatorpunten (…)
Verwijderen (...) open haard (…) op de b.g.
Verwijderen vloeren b.g. en deze vervangen door geisoleerde betonvloer met vloerverwarming en cement dek vloer (…)”
De offerte omvatte tevens een specificatie van de materialen:
“Toegepaste materialen:
(…)
CV ketel en divers installatiemateriaal (voor de ketel is een bedrag opgenomen van euro 1050,00 excl. BTW)
(…)
Uponor vloerverwarmingsbuis en 2 groepsvloerverwamingspomp
Cement dekvloer van ongeveer 8 cm dik”
c. Partijen hebben op 5 oktober 2016 per e-mail nader gecorrespondeerd over de offerte:
- [appellant] bericht aan [geïntimeerde] :
“Hallo [geïntimeerde] ,
Zoals net telefonisch afgesproken hier nog wat aanvullende vragen omtrent de prijsopgave van dinsdag j.l.
Deze mail is ter aanvulling van de mail van vanmiddag.
Isolatie van de woning hebben we besproken bij de bezichtiging afgelopen vrijdag. Wij kunnen dit niet terug of gedeeltelijk terug vinden in de prijsopgave.
In hoeverre is hier rekening mee gehouden en wat houdt de isolatie in. (…) woonkamer etc. (…)
Is het verstandig de buitenmuur te isoleren of juist van binnenuit te isoleren?
Andere punten zoals besproken:
- rookkanaal (…)
- In de brochure van het huis staat aangegeven dat er radiatoren lekken. Is jou dit ook opgevallen en wat houdt dit in? (…)”
- [geïntimeerde] antwoordt [appellant] als volgt:
“
Hallo [appellant] ,
Eerst over de eerste mail.
Isolatie van de buitengevels heb ik niet meegenomen hadden we het misschien over moeten hebben maar weet niet in hoeverre er al is geisoleerd.
(…)
Rookkanaal schoon maken zit er wel bij.
Openhaard heb ik niet meegenomen weet niet wat er komt (met schouw, alleen pijp, om timmerde pijp) ligt ook aan het soort kachel wat er komt(…)”
d. [geïntimeerde] heeft een deel van de geoffreerde werkzaamheden, waaronder het
aanbrengen van de vloerverwarming op de begane grond, uitgevoerd vanaf 1 juli 2017. [geïntimeerde] heeft wegens betalingsachterstanden het werk per 1 december 2017 beëindigd en de niet uitgevoerde werkzaamheden in mindering gebracht op de eindafrekening. Hij heeft voor de door hem verrichte werkzaamheden facturen gestuurd die [appellanten] heeft voldaan.
In de eindfactuur van 30 september 2017 is voor zover van belang opgenomen:
“Factuur bedrag incl. BTW 85920,00
Eerste betaling factuur nr. 017005 (…)
Tweede betaling factuur nr. 017051 (…)
Derde betaling factuur nr. 017061 (…)
Minus:
(…)
cv ketel en aansluitmateriaal (…)
TOTAAL 12664,50
(…)
Totaal excl. BTW € 30363,22
BTW 21% € 6376,28
(…)
Totaal inc. BTW € 36739,50
e. Partijen hebben gecorrespondeerd over de geleverde vloerverwarming:
- bij e-mailbericht van 11 februari 2018 bericht [geïntimeerde] [appellant] :
“In de offerte staat dat er een 2 groeps vloer verwarming werd aangelegd.
De woning zou aan de buitenzijde volledig geisoleerd worden en daarna gestucadoord.
Dit is volgens mij nog niet gebeurd dus de isolatie waarde van de woning is op dit moment niet zo hoog.
Dus kan er op dit moment ook niet bepaald worden of de verwarming voldoende is”
- [appellanten] reageert bij e-mailbericht van 12 februari 2018:
“
Wat betreft de vloerverwarming en isolatie hebben wij aangegeven dat de vloerverwarming toereikend moet zijn voor deze situatie. We hebben aangegeven dat wij de wens hebben om de buitenkant te laten isoleren, maar het zijn jouw woorden dat in de berekening is rekening gehouden met de buitenisolatie. In de eerste offerte zou er ook sprake zijn van isolatie aan de binnenzijde van de woning. Dit klopt dus echt niet.(…)”
- Bij e-mail van 7 maart 2018 bericht [appellante] aan [geïntimeerde] :
“
Graag willen wij toelichten waarom wij de rekening nog niet voldaan hebben.
Het gaat om twee punten:
1)
Vorige week is tijdens de vorst gebleken dat de vloerverwarming ontoereikend is. Wij kregen het huis niet warmer dan 15 graden. Het klopt dat het huis niet is geïsoleerd, maar wij hebben aangegeven dat isolatie buiten wel meerdere jaren kan duren, voordat dit wordt gerealiseerd. Wij waren al door drie personen gewaarschuwd dat dit onvoldoende capaciteit zou hebben, maar jij hebt ons het vertrouwen gegeven dat dit voldoende moest zijn. Hoe kan dit worden opgelost?(…)
”
f. In opdracht van (de rechtsbijstandsverzekeraar van) [appellanten] heeft [persoon A] van IAC onderzoek gedaan naar de werking van de vloerverwarming. [persoon A] concludeert in zijn rapport van 22 maart 2019 dat de capaciteit van de vloerverwarming onvoldoende is.
Ten aanzien van de vraag aangaande gebreken, meldt hij als gebreken:
“(…) er zijn volstrekt onvoldoende slangen en groepen geplaatst om de woonkamer/keuken te verwarmen tot 20℃.
Ook al zouden de buitenmuren voorzien worden van isolatie dan nog is het vermogen in theorie onvoldoende.
Afgezien daarvan functioneert de vloerverwarming ook niet correct omdat er te weinig groepen zijn gerealiseerd en daardoor de lengte per groep veel te lang is.
Door de hoge weerstand is de ΔT over de groepen te groot en daardoor de afgifte nog lager
dan theoretisch berekend
(…)
Ingeval de vloerverwarming gezien zou worden als bijverwarming blijft de stelling overeind dat er onvoldoende groepen zijn aangelegd en dus de lengte van de slangen veel te groot is.
(…)
Indien de groepen niet te lang zouden zijn, had de hartafstand van de slangen voor een bijverwarming voldoende geweest en indien de groepen niet te lang waren, zou er ook voldoende vermogen afgegeven kunnen worden.”
Ten aanzien van de vraag omtrent de oorzaak van de gebreken vermeldt [persoon A] :
“Slangen te ver uit elkaar gelegd en onvoldoende groepen gemaakt.”
Ten aanzien van de vraag met betrekking tot het herstel van de gebreken merkt [persoon A] op:
“Indien het uitgangspunt is dat de woonkamer/keuken verwarmd moet worden met uitsluitend vloerverwarming, is er geen andere mogelijkheid om de gehele vloer op de begane grond te verwijderen en een nieuwe vloerverwarming en afwerkvloer aan te brengen.
(…)
Wij adviseren u een bouwbedrijf te vragen hiervoor een offerte te laten maken. Een zeer globale schatting van onze kant zou zijn dat de kosten wel op kunnen lopen tot van € 20.000,00 tot € 30.000,00 excl. BTW.”
g. [geïntimeerde] heeft bij brief van 17 april 2019 aan de advocaat van [appellanten] gereageerd op het rapport [persoon A] .
h. [persoon A] heeft bij notitie van 16 mei 2019 met kenmerk ‘Reactie op het schrijven van [geïntimeerde] , d.d. 17 april 2019’, gereageerd op de opmerkingen van [geïntimeerde] van 17 april 2019 op het rapport [persoon A] . Met de reactie is nader toegelicht dat:
“(…) zelfs bij het geheel isoleren van de buitenschil van de woning de vloerverwarming nog niet voldoende vermogen kan leveren.(…)
”