ECLI:NL:GHSHE:2022:3341

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
4 oktober 2022
Publicatiedatum
4 oktober 2022
Zaaknummer
200.307.033_01
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing incidentele vordering tot oproeping in vrijwaring in hoger beroep

In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 4 oktober 2022 uitspraak gedaan in een hoger beroep betreffende een incidentele vordering tot oproeping in vrijwaring. De zaak betreft Safe4you Security B.V., die in hoger beroep ging tegen een vonnis van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. De rechtbank had in een eerdere procedure de vordering tot vrijwaring afgewezen, wat Safe4you aanvocht. De geïntimeerden, bestaande uit een vennootschap onder firma en enkele natuurlijke personen, stelden in het incident dat zij [[X]] Accountants en Adviseurs B.V. in vrijwaring wilden oproepen. Het hof oordeelde dat de vordering tot vrijwaring niet opnieuw kon worden ingesteld, omdat deze al eerder was afgewezen in de hoofdzaak. Het hof verwees naar artikel 339 lid 5 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, dat bepaalt dat hoger beroep openstaat tot het moment dat in de hoofdzaak de conclusie van antwoord wordt genomen. Het hof wees de incidentele vordering af en veroordeelde de geïntimeerden in de proceskosten van het incident. De hoofdzaak werd verwezen naar de rol voor opgave van verhinderdata voor een mondelinge behandeling.

Uitspraak

GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH

Team Handelsrecht
zaaknummer 200.307.033/01
arrest van 4 oktober 2022
gewezen in het incident tot oproeping in vrijwaring
in de zaak van
Safe4you Security B.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
appellante in de hoofdzaak,
verweerster in het incident,
hierna aan te duiden als: Safe4you,
advocaat: mr. B.I. van Vugt te Roosendaal,
tegen

1.de vennootschap onder firma [Administratie & Adviesburo] ,gevestigd te [vestigingsplaats] ,

2.
[geïntimeerde 1] ,wonende te [woonplaats] ,
3.
[geïntimeerde 2] ,wonende te [woonplaats] , België,
4.
[geïntimeerde 3],
wonende te [woonplaats] , België,
geïntimeerden in de hoofdzaak,
eisers in het incident,
hierna tezamen aan te duiden als: [geïntimeerden] ,
advocaat: mr. A.Ch. Osté te Dongen,
op het bij exploot van dagvaarding van 17 februari 2022 ingeleide hoger beroep van het vonnis van 29 december 2021, door de rechtbank Zeeland-West-Brabant, zittingsplaats Breda, gewezen tussen Safe4you als eiseres en [geïntimeerden] als gedaagden.

1.Het geding in eerste aanleg (zaak-/rolnummer C/02/379418 / HA ZA 20-707)

Voor het geding in eerste aanleg verwijst het hof naar voormeld vonnis.

2.Het geding in hoger beroep

Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding in hoger beroep;
  • de memorie van grieven met producties;
  • de incidentele conclusie tot oproeping in vrijwaring van [geïntimeerden] ;
  • de conclusie van antwoord in het incident van Safe4you;
  • de memorie van antwoord van [geïntimeerden] .
Het hof heeft daarna een datum voor arrest in het incident bepaald.

3.De beoordeling

In het incident
3.1.
[geïntimeerden] vorderen in dit incident hen toe te staan om [[X]] Accountants en Adviseurs B.V., welke partij in eerste aanleg eveneens in vrijwaring was opgeroepen, te dagvaarden teneinde op de eis tot vrijwaring te antwoorden en voort te procederen.
3.2.
Safe4you refereert zich kort gezegd aan het oordeel van het hof. Het hof merkt op dat in deze antwoordconclusie in het incident Safe4you geïntimeerde sub 4 niet als partij is genoemd, maar begrijpt dat dit wel de bedoeling was en zal dit ook als zodanig beschouwen.
3.3.
Op grond van de overgelegde stukken stelt het hof vast dat [geïntimeerden] in eerste aanleg, na daartoe bij vonnis in het incident van 24 februari 2021 verkregen verlof, [[X]] Accountants en Adviseurs B.V. in vrijwaring hebben opgeroepen en dat de vordering in de vrijwaringszaak bij vonnis van 29 december 2021 (met zaak/rolnummer C/02/383768 / HA ZA 21-163) is afgewezen op grond van de afwijzing van de vordering in de hoofdzaak.
3.4.
Artikel 339 lid 5 Rv bepaalt dat indien in eerste aanleg een vordering tot vrijwaring geheel of gedeeltelijk is afgewezen op grond van de afwijzing van de vordering in de hoofdzaak, het hoger beroep daartegen openstaat tot het moment dat in de hoofdzaak in hoger beroep de conclusie van antwoord wordt genomen. Gelet op de in de vrijwaringsprocedure door de rechtbank gegeven afwijzingsgrond is het hof van oordeel dat [geïntimeerden] op grond van de aangehaalde bepaling in hoger beroep had moeten komen van het vonnis in de vrijwaringszaak. Gezien het gesloten stelsel van rechtsmiddelen is het niet mogelijk om in de onderhavige hoofdzaak een incidentele vordering in te stellen om [[X]] Accountants en Adviseurs B.V., als het ware opnieuw "voor het eerst" in vrijwaring op te roepen (zie HR 14 december 2007, ECLI:NL:HR:2007:BB7189 en HR 20 januari 2012, ECLI:NL:HR:2012:BT7496).
3.5.
Het voorgaande betekent dat de incidentele vordering zal worden afgewezen. Als de in het ongelijk gestelde partij zal [geïntimeerden] worden veroordeeld in de kosten van het incident.
In de hoofdzaak
3.6.
De zaak wordt naar de rol verwezen voor opgave verhinderdata voor een mondelinge behandeling na memorie van antwoord door beide partijen en het overleggen van het procesdossier door [geïntimeerden] . Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.

4.De beslissing

Het hof:
in het incident:
wijst de vordering van [geïntimeerden] af;
veroordeelt [geïntimeerden] in de proceskosten van het incident, welke kosten aan de zijde van Safe4you tot de dag van deze uitspraak worden begroot op € 1.114,- aan salaris advocaat (1 punt liquidatietarief II);
in de hoofdzaak:
verwijst de zaak naar de rol van 24 januari 2023 voor opgave verhinderdata door beide partijen voor een mondelinge behandeling na memorie van antwoord in de periode februari 2023 tot en met juli 2023;
bepaalt dat de advocaat van [geïntimeerden] op de rol van 24 januari 2023 in viervoud een fotokopie van het volledige procesdossier zal overleggen;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit arrest is gewezen door mrs. S.M.A.M. Venhuizen, E.H. Schulten en J.M.H. Schoenmakers en is in het openbaar uitgesproken door de rolraadsheer op 4 oktober 2022.
griffier rolraadsheer