Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
Onderzoek ter zitting
Beslissing
verklaarthet hoger beroep ongegrond
bevestigtde uitspraak van de rechtbank.
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 13 juli 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep betreffende een verzoek om kwijtschelding van een aanslag erfbelasting. De belanghebbende, wonend in Frankrijk, heeft de juistheid van de aanslag niet betwist, maar verzocht om kwijtschelding vanwege zijn persoonlijke omstandigheden. Het hof heeft zich onbevoegd verklaard om over dit verzoek te oordelen, aangezien de bestuursrechter niet bevoegd is om te beslissen over verzoeken om kwijtschelding van belastingaanslagen. De rechtbank Zeeland-West-Brabant had eerder ook al aangegeven zich onbevoegd te voelen in deze kwestie. Tijdens de zitting op 30 juni 2022 was de belanghebbende afwezig, ondanks eerdere intenties om digitaal deel te nemen. Het hof heeft de argumenten van de belanghebbende overwogen, maar heeft geconcludeerd dat het verzoek om kwijtschelding niet in behandeling kan worden genomen. De belanghebbende werd erop gewezen dat hij zich voor een verzoek om kwijtschelding moet wenden tot de ontvanger van de Belastingdienst. Het hof heeft ook geen redenen gezien om het griffierecht te vergoeden of om de inspecteur te veroordelen in de proceskosten. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun recht om binnen zes weken beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad der Nederlanden.