In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 14 oktober 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over de verlenging van de uithuisplaatsing van twee minderjarigen, [minderjarige 1] en [minderjarige 2]. De vader van de kinderen, die in hoger beroep was gekomen, verzocht om de bestreden beschikking van de rechtbank Limburg te vernietigen en de machtiging tot uithuisplaatsing af te wijzen of in duur te verkorten. De moeder was eveneens in hoger beroep gekomen, maar de zaken werden gelijktijdig behandeld. Het hof heeft vastgesteld dat de kinderen sinds 29 april 2020 onder toezicht staan van de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming & Jeugdreclassering (de GI) en dat er ernstige zorgen waren over de opvoedsituatie, waaronder huiselijk geweld en de opvoedvaardigheden van beide ouders. De vader heeft aangegeven dat hij openstaat voor hulpverlening en dat hij een intake heeft bij een psychiatrische praktijk. De moeder heeft positieve ontwikkelingen doorgemaakt en volgt een weerbaarheidstraining. Het hof heeft geoordeeld dat de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing noodzakelijk is in het belang van de verzorging en opvoeding van de kinderen. Het verzoek van de vader om een deskundigenonderzoek werd prematuur geacht, aangezien de GI nog bezig was met het onderzoeken van de mogelijkheden voor een thuisplaatsing van de kinderen bij de moeder. De bestreden beschikking werd bekrachtigd en de verzoeken van de vader werden afgewezen.