Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
- feit 1: van het plegen van opzetheling een gewoonte maken;
- feit 2: handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie, meermalen gepleegd;
- feit 3: handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie,
- primair: het openbaar ministerie niet-ontvankelijk dient te worden verklaard;
- subsidiair: verdachte integraal zal worden vrijgesproken.
Ontvankelijkheid van het hoger beroep
- het tenlastegelegde onder feit 1: deelfeiten 1.16, 1.84;
- het tenlastegelegde onder feit 2: te weten het voorhanden hebben van munitie;
- het tenlastegelegde onder feit 3: te weten het voorhanden hebben van een vuurwapen, munitie en een geluidsdemper.
hij in of omstreeks de pleegperiode van 1 april 2004 tot 22 april 2010, te Veen, in elk geval in Nederland, een gewoonte heeft gemaakt van het plegen van opzetheling, althans zich (telkens) schuldig heeft gemaakt aan opzetheling, immers heeft hij, verdachte, op na te melden tijdstippen, op na te melden plaatsen, na te melden goederen verworven, voorhanden gehad en/of overgedragen, terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die goederen wist dat het door misdrijf verkregen goederen betrof:
hij op of omstreeks 22 april 2010 te Veen, gemeente Aalburg, een wapen van categorie III, te weten een pistool (merk Bruni, kaliber 7.65 mm);
hij op of omstreeks 25 november 2010 te Veen, gemeente Aalburg, een wapen van categorie I, onder 3, te weten een ploertendoder, voorhanden heeft gehad;
alleop het bedrijf van verdachte binnengekomen en aanwezige (onderdelen van) voertuigen - ter voorkoming van opzet- of schuldheling van (onderdelen van) gestolen voertuigen. Hoewel dat in het geval van diefstal geen wettelijke verplichting is, mag van iedere onderneming in het maatschappelijk belang worden verwacht – art. 161 van het wetboek van strafvordering verleent haar daartoe ook de bevoegdheid - om, zodra wordt geconstateerd dat gestolen zaken worden/zijn aangeboden, hiervan aanstonds bij de politie melding te maken, zodat deze zaken – in dit geval telkens met een aanzienlijke (dag)waarde – aan de rechtmatige eigenaren kunnen worden teruggegeven en dezen (grotendeels) schadeloos worden gesteld. Bovendien bestaat dan de kans dat op deze zaken betrekking hebbende misdrijven worden opgelost. Het hof stelt in dit verband nog vast dat op 22 april 2010 het grote aantal van 83 gevallen van aanwezigheid van (onderdelen van) gestolen auto’s op het bedrijf van verdachte is geconstateerd
op 22 april 2010 te Veen, gemeente Aalburg, een wapen van categorie III, te weten een pistool (merk Bruni, kaliber 7.65 mm) voorhanden heeft gehad;
op 25 november 2010 te Veen, gemeente Aalburg, een wapen van categorie I, onder 3, te weten een ploertendoder, voorhanden heeft gehad.
BESLISSING
taakstrafvoor de duur van
196 (honderdzesennegentig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
98 (achtennegentig) dagen hechtenis.
onttrekking aan het verkeervan de inbeslaggenomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
teruggaveaan de verdachte van de inbeslaggenomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten: