Uitspraak
het hof begrijpt voor zover dit ziet op zaaksdossier 11] en verdachte ter zake daarvan zal veroordelen tot een gevangenisstraf van 48 maanden. Met betrekking tot de verbeurdverklaring van het witwasbedrag heeft de advocaat-generaal zich op het standpunt gesteld dat het hof daaromtrent conform de rechtbank kan beslissen. Wat betreft het beslag heeft de advocaat-generaal gevorderd dat het voorwerp wordt geretourneerd aan de rechthebbende.
1.1. (ZD01)
5.(ZD04)
6.(ZD20)hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2005 tot en met 30 november 2011, te Breda, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt, immers heeft hij, verdachte, van een (een) voorwerp(en), te weten een of meer geldbedragen, te weten ongeveer een geldbedrag van 68.800,00 euro, althans
- het niet de bankrekening van cliënt betreft;
- niet blijkt wie de stortingen heeft gedaan;
- uit de taps en sms-berichten niet kan volgen dat cliënt geld heeft gestort;
- de partner van cliënt een groot contant bedrag heeft gekregen van haar ex
- niet blijkt dat [verdachte] uitgaven heeft gedaan bij de Mediamarkt;
- uit een vermogensvergelijking niet volgt of gelden (on-)middellijk afkomstig zijn uit enig misdrijf;
- NIBUD-normen niet de conclusie kunnen dragen dat cliënt de betreffende gelden
5.(ZD04)
1.Inleiding
2.Met betrekking tot het onder 5 tenlastegelegde
enigebewijsmiddel is waaruit verdachtes betrokkenheid bij het tenlastegelegde feit rechtstreeks kan volgen en die persoon nadien door een rechter is gehoord en ten overstaan van deze die verklaring heeft ingetrokken of een op essentiële punten ontlastende nadere verklaring heeft afgelegd, terwijl van een dergelijk geval te dezen geen sprake is.
3.Met betrekking tot zaaksdossier 11
4.3.5 Zaaksdossier 11 (02/984839-12)
het hof begrijpt: met kenteken [kenteken 8]] voor de woning [adres 6] te Eindhoven. [46] Om 19:55 uur werd gezien dat [medeverdachte 2] de bestuurder was van de Audi en [verdachte] de bijrijder.
De rechtbank ziet onvoldoende grond voor de door de officier van justitie verzochte verbeurdverklaring van de inbeslaggenomen auto Audi A4 met kenteken [kenteken 8] . Nu deze auto niet bij [verdachte] , maar bij een ander [betrokkene 1] ) in beslag is genomen, staat niet vast dat deze auto aan [verdachte] toebehoort.’
gevangenisstrafvoor de duur van
32 (tweeëndertig) maanden.