Uitspraak
datum beslissing 17 mei 2021
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak heeft de wrakingskamer van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 17 mei 2021 een verzoek tot wraking van drie raadsheren afgewezen. De verzoeker, die betrokken is in een belastingzaak, stelde dat de rechtspraak partijdig is ten gunste van de Belastingdienst, verwijzend naar het rapport "Ongekend onrecht" en andere publicaties. Het hof oordeelde dat het wrakingsverzoek niet-ontvankelijk was, omdat het verzoek niet tijdig was ingediend. De verzoeker had gewacht tot de dag voor de zitting om het verzoek in te dienen, terwijl de feiten waarop het verzoek was gebaseerd al eerder bekend waren. Het hof benadrukte dat een verzoek tot wraking gericht moet zijn tegen de rechters die de zaak behandelen en dat er geen concrete feiten waren aangevoerd die de onpartijdigheid van de raadsheren in twijfel trokken. De wrakingskamer concludeerde dat het verzoek niet voldeed aan de eisen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en verklaarde het verzoek tot wraking niet-ontvankelijk. De procedure in de hoofdzaak zal worden voortgezet in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van het wrakingsverzoek.