Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Het verloop van de procedure
- het tussenarrest van 30 juni 2020;
- het proces-verbaal van de enquête en de contra-enquête van 12 februari 2021, met productie 25 (e-mailcorrespondentie) van [de venootschap 1] ;
- de memorie na enquête en contra-enquête van [de vennootschap 2] , met producties 31 t/m 35;
- de memorie na enquête en contra-enquête van [de venootschap 1] , met productie 25 (jaarrekening 2015).
2.De verdere beoordeling
dat a) op 18 mei 2015 tijdens de bijeenkomst bij [producent] is gebleken dat [de venootschap 1] niet in staat zou zijn vóór het einde van week 26, dat is 28 juni 2015, ten minste 5 km aan lijngoten te hebben geleverd, maar ook
dat b) [de venootschap 1] op 18 mei 2015 aan [de vennootschap 2] heeft meegedeeld de onder a) vermelde verbintenis niet te zullen nakomen.